De kasgeldlimiet is een bedrag ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. In de wet FIDO is bepaald dat de gemiddelde netto vlottende schuld, over drie maanden gezien, deze kasgeldlimiet niet mag overschrijden.
Onder de gemiddelde netto vlottende schuld wordt het saldo van de opgenomen leningen met een looptijd korter dan één jaar, de schulden en tegoeden in rekening-courant en contante gelden verstaan. De kasgeldlimiet wordt bepaald door het begrotingstotaal vermenigvuldigd met een bij ministeriële regeling vastgesteld percentage van 8,5% over het begrotingstotaal.
De kasgeldlimieten bedroegen de laatste jaren:
- Kasgeldlimiet 2015: € 7,8 miljoen
- Kasgeldlimiet 2016: € 7,8 miljoen
- Kasgeldlimiet 2017: € 7,8 miljoen
- Kasgeldlimiet 2018: € 8,0 miljoen
- Kasgeldlimiet 2019: € 8,3 miljoen
Het beleid is erop gericht om binnen de kasgeldlimiet een schuldpositie aan te houden, omdat de rente op kortlopende middelen in het algemeen lager is dan de rente op langlopende middelen.
Zoals gemeld dient de netto vlottende schuld op kwartaalbasis binnen deze limiet te blijven. Bij een dreigende overschrijding van de kasgeldlimiet gaat de gemeente over tot consolidatie van haar vlottende schuld door het aantrekken van een langlopende geldlening. Bij het aantrekken van langlopende leningen wordt rekening gehouden met de ontwikkeling van de financieringsbehoefte op korte termijn. De gemeente baseert zich bij het aantrekken van leningen op een globale liquiditeitsbehoefte aan de hand van een jaarlijks terugkerend patroon van de financieringsbehoefte aangevuld met specifieke informatie over grote investeringswerken en/of geldstromen.
Vanaf 2009 is de Wet Fido gewijzigd en is het toezicht op de kasgeldlimiet voortaan meer in het kader van het reguliere toezicht geplaatst, net als de renterisiconorm. De reguliere kwartaalrapportages aan de provincie zijn daarmee vervallen. Voor de interne beheersing blijven de kwartaalrapportages wel van belang voor het signaleren van overschrijdingen. Wanneer in drie achtereenvolgende kwartalen de kasgeldlimiet wordt overschreden dient de toezichthouder vroegtijdig hiervan in kennis te worden gesteld.
Berekening kasgeldlimiet (x € 1.000)
Begrotingstotaal bij de primitieve begroting 2019: € 97.898
Het bij ministeriële regeling vastgestelde percentage: 8,5%
Kasgeldlimiet: € 8.321
Kasgeldlimiet (x € 1.000) |
|
1e kw |
2e kw |
3e kw |
4e kw |
|
maand 1 |
17.000 |
17.000 |
8.500 |
8.500 |
Vlottende (korte) schuld |
maand 2 |
17.000 |
12.500 |
8.500 |
8.500 |
|
maand 3 |
17.000 |
12.500 |
8.500 |
8.500 |
|
|
|
|
|
|
|
maand 1 |
422 |
3.001 |
7.172 |
5.070 |
Vlottende middelen |
maand 2 |
406 |
7.728 |
2.877 |
5.739 |
|
maand 3 |
2.201 |
3.552 |
4.233 |
6.916 |
|
|
|
|
|
|
|
Maand 1 |
16.578 |
13.999 |
1.328 |
3.430 |
Saldo |
Maand 2 |
16.594 |
4.772 |
5.623 |
2.761 |
|
Maand 3 |
14.799 |
8.948 |
4.267 |
1.584 |
|
|
|
|
|
|
Gemiddeld saldo |
|
15.991 |
9.240 |
3.739 |
2.592 |
|
|
|
|
|
|
Kasgeldlimiet |
|
8.300 |
8.300 |
8.300 |
8.300 |
|
|
|
|
|
|
Ruimte t.o.v. van de kasgeldlimiet |
-7.700 |
-900 |
4.600 |
5.700 |
Renterisiconorm
Met de renterisiconorm wordt een kader gesteld voor de spreiding van de looptijden van langlopende geldleningen. Het doel hiervan is te komen tot een spreiding van de (mogelijke) fluctuaties in de renterisico’s over langlopende geldleningen c.q. de vaste schuld. Het renterisico wordt gezien als het totaal van de renteherzieningen en aflossingen in een jaar. De renterisiconorm wordt, net als de kasgeldlimiet, bepaald als een percentage van het begrotingstotaal.
Uit onderstaande tabel blijkt dat de gemeente ruimschoots binnen de wettelijke norm blijft.
|
Bedragen x €1.000 |
Begroting 2019 |
Rekening 2019 |
Berekening renterisiconorm |
A |
Begrotingstotaal (totale lasten) |
97.898 |
106.611 |
B |
Percentage regeling |
20% |
20% |
C |
Renterisiconorm (A x B) |
19.580 |
21.322 |
|
|
|
|
Renterisico op vaste schulden |
D |
Renteherzieningen op vaste schuld o/g |
0 |
0 |
E |
Aflossingen |
2.754 |
2.753 |
F |
Renterisico (D + F) |
2.754 |
2.753 |
C |
Renterisiconorm |
19.580 |
21.322 |
G |
Ruimte onder (+) of overschrijding (-) van de renterisiconorm (C - F) |
16.826 |
18.569 |