-
Blz. 1
Programmabegroting 2026
-
Blz. 2
Programmabegroting 2026
-
Blz. 3
Programma’s
-
Blz. 4
Voorwoord
-
Blz. 5
Voorwoord
-
Blz. 6
Inleiding
-
Blz. 7
Opzet en inhoud van de Programmabegroting
-
Blz. 8
Uitgangspunten begroting
-
Blz. 9
Begrotingsresultaat
-
Blz. 10
Effect meicirculaire 2025
-
Blz. 11
Gehanteerde indexpercentages
-
Blz. 12
Overige effecten begrotingsresultaat
-
Blz. 13
Weerstandscapaciteit
-
Blz. 14
Kengetal belastingen
-
Blz. 15
Programma 1 Wageningen sociaal
-
Blz. 16
Waarom dit programma?
-
Blz. 17
Wat willen we bereiken voor onze inwoners en onze samenleving?
-
Blz. 18
1.1 Gezondheid, eenzaamheid en veerkracht
-
Blz. 19
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 20
Doelstellingen
-
Blz. 21
1.1.1 Kinderen en jongeren hebben een gezondere leefstijl.
-
Blz. 22
Het percentage kinderen en jongeren dat voldoet aan de beweegnorm (minimaal 1 uur bewegen per dag) is verhoogd ten opzichte van de kindermonitor 2021 en gezondheidsmonitor jeugd 2023.
-
Blz. 23
In Wageningen zijn er minder kinderen met overgewicht dan het gemiddelde in Gelderland.
-
Blz. 24
Het percentage jongeren dat gebruik maakt van alcohol, roken, vapen en drugs is lager ten opzichte van de Gezondheidsmonitor Jeugd 2023.
-
Blz. 25
1.1.2 Voorkomen dat kinderen en jongeren kampen met ernstigere psychische klachten door dit op tijd te signaleren en bespreekbaar te maken.
-
Blz. 26
Jongeren en kinderen kunnen met psychische klachten snel en laagdrempelig terecht. (Onder andere door de inzet van SOH-jeugd GGZ, Startpunt, jongerenwerk, schoolmaatschappelijk werk, jeugdverpleegkundige en -arts).
-
Blz. 27
1.1.3 Inwoners met een lage sociaaleconomische status (SES) leven langer, langer in goede gezondheid en ervaren meer veerkracht.
-
Blz. 28
In 2026 is het gezondheidsbeleid aangepast en uitgevoerd, zodat de gezondheidsverschillen tussen inwoners kleiner worden.
-
Blz. 29
In de Wageningse aandachtswijken hebben inwoners minder overgewicht. Onder andere door beweegactiviteiten in de wijken, projecten gericht op een gezond voedingspatroon.
-
Blz. 30
In de Wageningse aandachtswijken bewegen de inwoners evenveel als het Wageningse gemiddelde. Wij gaan hierbij uit van de Nederlandse norm gezond bewegen (onder andere beweegactiviteiten Welsaam).
-
Blz. 31
Inwoners ervaren meer bestaanszekerheid.
-
Blz. 32
Inwoners hebben mogelijkheden om hun basisvaardigheden te vergroten. Zoals taal, rekenen en digitale vaardigheden.
-
Blz. 33
Mensen wonen en werken in een gezonde leefomgeving, zowel binnen als buiten.
-
Blz. 34
1.1.4 We willen eenzaamheid voorkomen, signaleren en verminderen.
-
Blz. 35
In 2026 zijn alle beleidsplannen die gaan over kansrijk opvoeden en opgroeien uitgewerkt en uitgevoerd.
-
Blz. 36
Inwoners ervaren minder eenzaamheid. Bijvoorbeeld door ontmoetingsactiviteiten bij partners in de stad, onder andere Huizen van de wijk/Markt 17.
-
Blz. 37
1.1.5 In 2026 hebben we alle beleidsdomein/beleidsstukken met betrekking tot kansrijk opvoeden en opgroeien doorontwikkeld en geïmplementeerd.
-
Blz. 38
De uitgangspunten van het vernieuwde beleidskader Sociaal Domein zijn vertaald naar een geactualiseerd onderwijsachterstandenbeleid inclusief zorgstructuur.
-
Blz. 39
1.1.6 Door een sterke sociale basis ervaren inwoners maximale eigen regie. Zij zijn zo zelfredzaam mogelijk en we versterken de samenredzaamheid van de samenleving als geheel.
-
Blz. 40
We versterken de sociale basis door het ontwikkelen van meer laagdrempelige, preventieve algemene voorzieningen voor aandachtsgroepen.
-
Blz. 41
We benutten de kracht van inwoners en wijken beter door in te zetten op community building, onder andere via opbouwwerk. Door te werken aan gezamenlijke doelen worden gemeenschappen veerkrachtiger en sterker.
-
Blz. 42
We verlagen de druk op mantelzorgers en vrijwilligers.
-
Blz. 43
1.1.7 Wanneer inwoners hulp nodig hebben om zelfstandig te blijven, is er een netwerk van zorg en ondersteuning waar ze op kunnen vertrouwen.
-
Blz. 44
In alle wijken zijn basisvoorzieningen beschikbaar.
-
Blz. 45
Er is een actief netwerk voor partners in wonen, welzijn en zorg.
-
Blz. 46
1.1.8 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 47
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 48
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 49
1.2 Armoedebestrijding en financiële zelfstandigheid
-
Blz. 50
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 51
Doelstellingen
-
Blz. 52
1.2.1 Alle inwoners in Wageningen kunnen voorzien in hun eerste levensbehoeften en hebben voldoende mogelijkheden om op een passende manier mee te doen in de samenleving.
-
Blz. 53
Inwoners zijn financieel zelfstandig.
-
Blz. 54
Inwoners met financiële zorgen zijn op tijd bij ons in beeld om grotere problemen te voorkomen.
-
Blz. 55
Inwoners weten hoe zij met geld om moeten gaan en zijn financieel zelfstandig.
-
Blz. 56
Meer inwoners kunnen meedoen in de samenleving ondanks een gebrek aan geld.
-
Blz. 57
Bij meer inwoners doorbreken we de armoede van generatie op generatie.
-
Blz. 58
Inwoners ervaren voldoende veerkracht ondanks financiële zorgen.
-
Blz. 59
Alle kinderen en jongeren (met specifiek aandacht voor kinderen en jongeren in achterstandssituaties) hebben kansen om zich op eigen wijze goed te ontwikkelen.
-
Blz. 60
In 2026 hebben we de bestaanszekerheid van kwetsbare inwoners vergroot, via het Maatschappelijk Meedoen Budget en via begeleiding naar (betaald) werk.
-
Blz. 61
In 2026 zorgen we ervoor dat alle inwoners naar vermogen kunnen meedoen in de Wageningse samenleving.
-
Blz. 62
In 2026 vergroten we via Goed Werk de kansen op (betaald) werk voor alle inwoners.
-
Blz. 63
In 2026 werken we volgens de Participatiewet in balans, waarin vertrouwen en begeleiding naar een passende plek om te werken of mee te doen centraal staat.
-
Blz. 64
In 2026 bieden we dienstverlening ook aan via het Regionaal Werkcentrum Foodvalley, samen met onze partners.
-
Blz. 65
1.2.2. Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 66
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 67
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 68
1.3 Vrijheid en internationale samenwerking
-
Blz. 69
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 70
Doelstellingen
-
Blz. 71
1.3.1 We zijn vanuit Wageningen, Stad der Bevrijding, voortdurend zichtbaar als gangmaker voor het bewustzijn en daarmee de bevordering van individuele en collectieve vrijheid.
-
Blz. 72
We bieden via Wageningen 45 het jaarrond, met het hoogtepunt op 4 en 5 mei, een onderscheidend programma dat invloed en effect heeft: lokaal, regionaal, landelijk en internationaal. Met ontmoetingen, evenementen, dialoog, kennisdeling en educatie.
-
Blz. 73
In 2026 versterken we het historisch besef rond de afschaffing van de slavernij door Keti Koti te herdenken en te vieren, waarbij lokale organisaties betrokken zijn.
-
Blz. 74
1.3.2 In 2026 blijven we ons beleid rondom internationale samenwerking voortzetten.
-
Blz. 75
Ook in 2026 worden uitwisselingen georganiseerd tussen scholen, groepen en organisaties uit Wageningen en onze partnersteden. Het uitwisselen van kennis en ervaringen staat centraal.
-
Blz. 76
Op 4 en 5 mei zijn vertegenwoordigers uit de partnersteden aanwezig om activiteiten rondom de herdenking en bevrijding bij te wonen.
-
Blz. 77
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 78
1.4 Onderwijs en kinderopvang
-
Blz. 79
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 80
Doelstellingen
-
Blz. 81
1.4.1 Onderwijsachterstanden en ontwikkel- en taalspraakachterstanden zijn verminderd.
-
Blz. 82
90% van alle kinderen gaat goed over naar groep 3 op de basisschool. Bij kinderen met een Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE)-verwijzing is dat 80%.
-
Blz. 83
Digitale middelen worden beschikbaar gesteld op scholen.
-
Blz. 84
Kinderen in het VVE-programma krijgen een controle door een logopedist. Ook andere kinderen van groep 1 tot en met 8 worden onderzocht als er zorgen zijn.
-
Blz. 85
We werken aan een plan om kinderen van verschillende achtergronden samen naar school te laten gaan. (Intentieverklaring “Het voorkomen van segregatie en het bevorderen van integratie”.)
-
Blz. 86
Voor kinderen en jongeren die opgroeien in moeilijke situaties is er extra aanbod met muziek, cultuur en sport. Dit noemen we de "Rijke Schooldag".
-
Blz. 87
1.4.2 Alle leerlingen verlaten het onderwijs met een startkwalificatie.
-
Blz. 88
Het relatief schoolverzuim bedraagt maximaal 2% van het aantal leerplichtigen.
-
Blz. 89
Het aantal Voortijdig School Verlaters (VSV’ers) in de regio Vallei daalt tot 2025 met 1,5%.
-
Blz. 90
1.4.3 Ieder kind ontwikkelt ecologisch bewustzijn en verantwoordelijkheid (hoe ga je om met de natuur en het milieu) (draagt mede bij aan programma 2).
-
Blz. 91
Er is een scholingsprogramma gericht op het stimuleren van ecologisch bewustzijn en verantwoordelijkheid.
-
Blz. 92
1.4.4 Voor Wageningse leerlingen zijn scholen voor bijzonder en speciaal onderwijs buiten Wageningen goed bereikbaar.
-
Blz. 93
De vervoerder verduurzaamt zijn wagenpark. Op het totaal van de kilometers passend vervoer schooljaar 2025/2026 wordt 10% met euro-6, 40% met groen gas (biogas) en 50% met elektrisch/waterstof uitgevoerd.
-
Blz. 94
1.4.5 Schoolgebouwen bieden een optimale leeromgeving, zijn toekomstbestendig en multifunctioneel.
-
Blz. 95
We voeren de vastgestelde meerjarenaanpak voor het verduurzamen en vernieuwen van de onderwijsgebouwen uit.
-
Blz. 96
De gemeente zorgt voor voldoende en passende onderwijshuisvesting.
-
Blz. 97
Scholen namen maatregelen om hun schoolgebouw te verduurzamen.
-
Blz. 98
1.4.6 Schoolpleinen dragen bij aan een groene speelomgeving.
-
Blz. 99
Er zijn meer schoolpleinen vergroend en alle schoolpleinen zijn openbaar toegankelijk (zie ook resultaten bij programma 2).
-
Blz. 100
1.4.7 Het kind centraal stellen in diens behoefte aan hulp en ondersteuning en een gezamenlijke verantwoordelijkheid nemen voor alle kinderen.
-
Blz. 101
Samenwerking onderwijs en jeugdhulp, 1 plan met betrokkenen (bijvoorbeeld onderwijszorgarrangement De Dijk, aansluiting school en thuis).
-
Blz. 102
1.4.8 Er is kwalitatief goede en veilige kinderopvang geboden.
-
Blz. 103
Alle kinderopvanglocaties en gastouders zijn gecontroleerd en er zijn maatregelen genomen bij eventuele onvolkomenheden (100%).
-
Blz. 104
1.4.9 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 105
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 106
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 107
1.5 Een leven lang sporten en bewegen
-
Blz. 108
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 109
Doelstellingen
-
Blz. 110
1.5.1 Inclusief sporten en bewegen: sporten en bewegen is mogelijk voor alle mensen die willen meedoen.
-
Blz. 111
Meer bewustwording, samenwerking en sportbevordering om het makkelijker te maken voor die mensen die niet vanzelfsprekend sporten.
-
Blz. 112
1.5.2 Van jongs af voldoende en vaardig bewegen.
-
Blz. 113
Kinderen maken kennis met het diverse (georganiseerde) sportaanbod in Wageningen.
-
Blz. 114
Scholen en kinderopvang bieden beweegactiviteiten aan.
-
Blz. 115
Kinderen leren zwemmen en blijven zwemvaardig.
-
Blz. 116
1.5.3 Een duurzame en functionele sportinfrastructuur.
-
Blz. 117
Een beweegvriendelijk ingerichte openbare ruimte, zodat sporten en bewegen hier vanzelfsprekend is.
-
Blz. 118
Een goed geëxploiteerd zwembad.
-
Blz. 119
Vernieuwd sportbeleid in 2026.
-
Blz. 120
Het gebruik van sportvelden en binnensportaccommodaties is qua capaciteit geoptimaliseerd.
-
Blz. 121
In 2026 zijn randvoorwaarden ondersteunend voor mogelijkheden van beoefenen van sport en cultuur in openbare ruimte.
-
Blz. 122
Start van het gebruik van nieuw zwembad tussen 2031 en 2033.
-
Blz. 123
Verschillende groepen maken veel en op verschillende manieren gebruik van de sportaccommodaties. De exploitatie verbetert door hogere inkomsten (breder en intensiever gebruik) en lagere kosten (functionele inzet, slimme spreiding en minder energie).
-
Blz. 124
1.5.4 Er zijn voldoende ontspanningsmogelijkheden in Wageningen voor jongeren onder de 25, aansluitend op de regio.
-
Blz. 125
Onderzoeksrapport naar behoefte en aanbod op ontspanningsmogelijkheden voor jongeren en studenten.
-
Blz. 126
Op basis van inzichten uit het onderzoeksrapport passen we beleidsstukken, doelen, resultaten en opdrachten aan.
-
Blz. 127
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 128
1.6 Cultuur is een drager van een bruisend en vitaal Wageningen
-
Blz. 129
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 130
Doelstellingen
-
Blz. 131
1.6.1 Alle kinderen krijgen de kans om hun culturele interesses en bagage te ontwikkelen (onderdeel cultuuractieplan).
-
Blz. 132
Alle kinderen maken kennis met kunst en cultuur op en rond de basisschool (cultuuractieplan).
-
Blz. 133
We bieden naschoolse cultuureducatie aan met een netwerk van vakdocenten.
-
Blz. 134
1.6.2 Alle inwoners kunnen zich persoonlijk ontwikkelen en hun maatschappelijke kansen verbeteren.
-
Blz. 135
Inwoners komen in aanraking met cultuur en culturele activiteiten.
-
Blz. 136
Inwoners hebben toegang tot een professionele theatervoorziening.
-
Blz. 137
Uitvoeren van bestuurlijke wensen voor verbetering van theater Junushoff.
-
Blz. 138
1.6.3 Alle inwoners hebben vrije toegang tot informatie en kennis.
-
Blz. 139
Inwoners hebben toegang tot een openbare bibliotheekvoorziening die invulling geeft aan de 5 wettelijke functies.
-
Blz. 140
Inwoners kunnen (waar mogelijk digitaal) de geschiedenis van Wageningen bekijken.
-
Blz. 141
Inwoners kunnen gericht zoeken naar foto's, prenten en (bouw-)tekeningen in een beeldbank.
-
Blz. 142
Inwoners kunnen historische archieven raadplegen en hulp krijgen bij het doen van onderzoek.
-
Blz. 143
Lokaal nieuws en achtergrondinformatie is beschikbaar via de lokale media.
-
Blz. 144
De huisvesting en inrichting van de bibliotheek is vernieuwd en verbeterd.
-
Blz. 145
1.6.4 Er is een aantrekkelijk cultureel klimaat in Wageningen (cultuuractieplan: thema's samenwerking en ruimtegebruik).
-
Blz. 146
We stimuleren actieve cultuurmakers om samen onze cultuursector naar een hoger plan te brengen. Daarbij is het vinden van voldoende ruimte en landelijke subsidies voor innovatieve projecten belangrijk.
-
Blz. 147
Een vastgestelde subsidieregeling gericht op multifunctioneel gebruik van ruimten voor cultuurbeoefening.
-
Blz. 148
In 2026 zorgen we voor goede voorwaarden, zodat mensen sporten en cultuur kunnen beleven in de openbare ruimte.
-
Blz. 149
In de Stedelijke Cultuurregio Ede-Wageningen wordt meer samengewerkt.
-
Blz. 150
Minimaal 1 (nieuwe) locatie voor cultuurbeoefening gerealiseerd in 2026 (broedplaats).
-
Blz. 151
We maken op basis van de Nota strategisch vastgoedbeleid een uitvoeringsagenda gericht op de huisvesting voor cultuurbeoefening en maatschappelijke gebruikers.
-
Blz. 152
1.6.5 Er zijn voldoende ontspanningsmogelijkheden in Wageningen voor jongeren onder de 25 jaar, aansluitend op de regio.
-
Blz. 153
In 2025 starten we een onderzoek naar behoefte en aanbod op ontspanningsmogelijkheden voor jongeren en studenten. Het streven is om dat nog dit jaar af te ronden.
-
Blz. 154
Op basis van inzichten uit het onderzoeksrapport passen we beleidsstukken, doelen, resultaten en opdrachten aan.
-
Blz. 155
1.6.6 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 156
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 157
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 158
1.7 Een veilige en leefbare woon-, werk- en ondernemingsomgeving
-
Blz. 159
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 160
Doelstellingen
-
Blz. 161
1.7.1. We pakken ondermijning preventief, en indien nodig repressief aan.
-
Blz. 162
Bewustwording inwoners en ondernemers vergroten door minimaal tien communicatie-uitingen per jaar te doen over diverse onderwerpen van ondermijning.
-
Blz. 163
We geven minimaal 4 interne bewustwordingstrainingen op ondermijning.
-
Blz. 164
Er zijn tenminste 4 integrale controles uitgevoerd.
-
Blz. 165
We stellen in 2026 een vernieuwd Bibob-Beleid vast.
-
Blz. 166
1.7.2. Zorg en veiligheid verder ontwikkelen naar niveau zoals voorgesteld door VNG.
-
Blz. 167
Er is passende zorg en ondersteuning voor kwetsbare personen, waaronder personen met verward/onbegrepen gedrag.
-
Blz. 168
Inwoners voelen zich veilig in hun wijk.
-
Blz. 169
Betrekken van GGZ-instellingen op buurtniveau.
-
Blz. 170
Het op- en afschalingsmodel (Aanpak Voorkomen Escalatie) wordt als nieuwe werkwijze in 2026 ingevoerd.
-
Blz. 171
1.7.3. We stimuleren de onderlinge verdraagzaamheid in overlastdossiers.
-
Blz. 172
Overlastmeldingen behandelen we zoals vastgesteld in de beleidsregels Wet aanpak woonoverlast.
-
Blz. 173
We overleggen in de Stuurgroep Veilig Uitgaan met de horeca, politie en omwonenden.
-
Blz. 174
We maken onze organisatie bewust van het bestaan van polarisatie en radicalisering.
-
Blz. 175
We stimuleren een fijne leefomgeving tussen studentenverenigingen en omwonenden.
-
Blz. 176
1.7.4. Inwoners en ondernemers zijn zich bewust van de gevaren van digitale criminaliteit. Daarnaast zijn we als organisatie voorbereid op een cyberaanval.
-
Blz. 177
In ieder geval 3 preventieve acties organiseren gericht op de doelgroepen jeugd, ouderen en ondernemers. Als organisatie trainen en oefenen we op cyberveiligheid.
-
Blz. 178
1.7.5 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 179
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 180
Welke risico's staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 181
1.8 Ondersteuning en opvang vluchtelingen
-
Blz. 182
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 183
Doelstellingen
-
Blz. 184
Doel: 1.8.1. De opvang en huisvesting voor vluchtelingen in Wageningen gebeurt op humane wijze met ruimte voor privacy.
-
Blz. 185
Voor huidige opvanglocaties wordt gemonitord of deze voldoen aan de kwaliteitseisen.
-
Blz. 186
Indien sprake is van nieuwe opvanglocaties is er extra aandacht voor zaken zoals: mogelijkheid tot een rustige studie/werkplek, voldoende recreatiemogelijkheden, plek voor onderwijs op locatie en plek voor vrijwilligersorganisaties.
-
Blz. 187
Doel: 1.8.2. Wageningen vangt, in samenwerking met het COA, 550 vluchtelingen op.
-
Blz. 188
De gemeente Wageningen en het COA hebben de afspraak 550 duurzame opvangplekken te voorzien voor de doelgroepen verblijvend bij het COA.
-
Blz. 189
Doel: 1.8.3. Alle vluchtelingen die in Wageningen verblijven kunnen meedoen vanaf dag 1.
-
Blz. 190
Meedoen kan in vele vormen. In het project Duurzame Opvang Vluchtelingen wordt verdere uitwerking gegeven aan de mogelijkheden voor meedoen voor de verschillende groepen vluchtelingen die in Wageningen verblijven.
-
Blz. 191
- Hierbij is bijvoorbeeld aandacht voor recreatieve activiteiten, vrijwilligerswerk, maar ook begeleiding naar betaald werk.
-
Blz. 192
Doel: 1.8.4. De gemeente Wageningen ondersteunt een menswaardig bestaan voor vluchtelingen gebonden aan Wageningen zonder recht op verblijf in een opvanglocatie, waarvan de procedures nog niet zijn afgerond.
-
Blz. 193
De toetsingscriteria zijn leidend in de opvang en begeleiding van vluchtelingen gebonden aan Wageningen zonder recht op verblijf in een opvanglocatie.
-
Blz. 194
Doel: 1.8.5. Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 195
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 196
Welke risico's staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 197
Algemene informatie programma 1
-
Blz. 198
Beleidskader maatschappelijke ontwikkeling
-
Blz. 199
Beleidskader onderwijs
-
Blz. 200
Beleidskader sport
-
Blz. 201
Beleidskader cultuur
-
Blz. 202
Beleidskader veiligheid
-
Blz. 203
Betrokkenheid verbonden partijen Programma 1
-
Blz. 204
Beleidsindicatoren
-
Blz. 205
Wat mag het kosten?
-
Blz. 206
Programma 2 Wageningen fysiek
-
Blz. 207
Waarom dit programma?
-
Blz. 208
Wat willen we bereiken voor onze inwoners en onze samenleving?
-
Blz. 209
2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit
-
Blz. 210
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 211
Doelstellingen
-
Blz. 212
2.1.1 Goede bereikbaarheid voor alle vervoerwijzen, 'inclusief' voor alle inwoners en bezoekers.
-
Blz. 213
In 2026 is er een Omgevingsprogramma Mobiliteit vastgelegd met onder andere:
-
Blz. 214
- Beleid voor autoluwe wijken en buurten.
-
Blz. 215
- Beleid voor deelmobiliteit en mobiliteithubs.
-
Blz. 216
- Doelstellingen omvang benodigde mobiliteitstransitie en maatregelen hoe deze transitie te bereiken.
-
Blz. 217
- Doorvertaling van het raadbesluit over het Inwonerakkoord over mobiliteit uit 2025 (Inwonersberaad).
-
Blz. 218
- (Nieuwe/vastgestelde) doelen en subdoelen worden in de begroting 2027 verwerkt.
-
Blz. 219
Bevorderen fiets door goede fietsroutes binnen Wageningen en naar omliggende gemeenten. Conform de update fietsnetwerkkaart netwerkvisie (2023).
-
Blz. 220
Educatie, voorlichting en handhaving ter voorkoming van ongevallen (in samenwerking met provincie Gelderland en regio Foodvalley).
-
Blz. 221
Samen met regio Foodvalley en provincies werken we aan hoogwaardig openbaar vervoer.
-
Blz. 222
Stimuleren lopen door middel van goede, aantrekkelijke en toegankelijke looproutes en door aantrekkelijke verblijfs- en voetgangersgebieden.
-
Blz. 223
We monitoren jaarlijks de ongevallen en verkeersslachtoffers (met als doel: in 2026 gebeuren er ten opzichte van 2019 minder ongelukken en vallen er minder verkeersslachtoffers in het verkeer in de stad).
-
Blz. 224
2.1.2 Een verkeersveilige en leefbare woon-, werk- school- en leefomgeving.
-
Blz. 225
Een verkeersveilige openbare ruimte door het toepassen van Duurzaam Veilig richtlijnen bij het ontwerp van wegen (bij nieuwe ontwikkelingen en onderhoud van bestaande straten).
-
Blz. 226
Bewoners hebben invloed op hun directe leefomgeving, door actief in te spelen op kleine verkeersvragen en -knelpunten via onder andere Meldpunt Openbare Ruimte.
-
Blz. 227
Vergunningen zoals evenement-, inrit- en omgevingsvergunning en gehandicaptenparkeren zijn getoetst en verstrekt.
-
Blz. 228
Goed inframanagement (conform niveau basis) ten behoeve van verkeersveiligheid, doorstroming en bereikbaarheid hulpdiensten.
-
Blz. 229
Geen sluipverkeer door woonwijken en over smalle wegen in het buitengebied. Hiervoor is nodig:
-
Blz. 230
- Een robuuste hoofdinfrastructuur (voor auto en hoogwaardig openbaar vervoer) die huidige en toekomstige vraag naar capaciteit aan kan en waar de doorstroming zo lang mogelijk op gang blijft en hinder zo min mogelijk optreedt.
-
Blz. 231
- We onderzoeken of een snelheid van 30 km per uur hieraan bijdraagt.
-
Blz. 232
Bij ruimtelijke plannen en herinrichtingsplannen geven we voorrang aan voetgangers en fietsers. Leidend is STOEP (ook voor parkeervoorzieningen).
-
Blz. 233
In 2026 hebben we een wijk als pilot benoemd en uitgewerkt om veiligheid en leefbaarheid te verbeteren door aanpassing van de inrichting van de openbare ruimte.
-
Blz. 234
We geven nadere invulling aan de autoluwe binnenstad. Met aandacht voor onder andere:
-
Blz. 235
- Parkeeroplossing voor fiets en auto.
-
Blz. 236
- Onderzoek kans voor pilot last mile delivery.
-
Blz. 237
Parkeerbeleid (voor zowel auto als fiets) ten behoeve van juiste mate van leefbaarheid. Als onderdeel van het Omgevingsprogramma Mobiliteit actualiseren we de parkeervisie.
-
Blz. 238
2.1.3 Verduurzamen van mobiliteit (Wageningen Klimaatneutraal 2030-2040).
-
Blz. 239
Alle 100+ werkgevers zijn benaderd voor mogelijkheden verduurzaming mobiliteit. Dit doen we binnen de werkgeversaanpak van de regio Foodvalley.
-
Blz. 240
In 2030 bedraagt het totaal aantal laadpalen in de openbare ruimte: 194 laadpalen (conform Visie openbare laadinfrastructuur 2030).
-
Blz. 241
We maken ons op provinciaal niveau sterk voor een concessie met een duurzaam openbaar vervoer leverancier.
-
Blz. 242
We nemen een besluit over het wel of niet invoeren van een Zero-Emissiezone voor Stadslogistiek. Indien we voor een ZE-zone kiezen, besluiten we ook waar en vanaf wanneer de ZE-zone gaat gelden en werken we dat verder uit.
-
Blz. 243
We onderzoeken de noodzaak en mogelijkheden om duurzaam goederentransport te faciliteren.
-
Blz. 244
Het gemeentelijk wagenpark is verduurzaamd.
-
Blz. 245
2.1.4 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 246
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 247
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 248
2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat
-
Blz. 249
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 250
Doelstellingen
-
Blz. 251
2.2.1 Transparante en accurate ondernemersdienstverlening.
-
Blz. 252
Behoeften ondernemers in beeld.
-
Blz. 253
MKB-ondernemers zien de gemeente Wageningen als aanspreekbaar en ondersteunend.
-
Blz. 254
Nauwere samenwerking met andere platforms en organisaties (ondernemersverenigingen, kennis- of onderwijsinstellingen).
-
Blz. 255
Vlotte vergunningenprocedures.
-
Blz. 256
2.2.2 Een aantrekkelijke en levendige binnenstad ('een bruisende binnenstad').
-
Blz. 257
Ondersteuning voor marketing voor de binnenstad.
-
Blz. 258
We stemmen de festivalkalender af met partners in de regio, zodat we elkaars aanbod versterken en niet concurreren.
-
Blz. 259
Een actueel en vernieuwd evenementenbeleid.
-
Blz. 260
Er is ruimte voor initiatieven op het gebied van innovatie, inspiratie, toerisme en ontspanning.
-
Blz. 261
Goed functionerende warenmarkt.
-
Blz. 262
Het kennisecosysteem is zichtbaar in de binnenstad.
-
Blz. 263
In de binnenstad geven we ruimte aan nieuwe vormen van ondernemen.
-
Blz. 264
Maximaal 7 a 8 procent leegstand in de binnenstad.
-
Blz. 265
Ondersteunen sociale en culturele activiteiten.
-
Blz. 266
Ontmoetingsplekken voor jongeren.
-
Blz. 267
Openbare ruimte van de binnenstad is een prettige verblijfsomgeving, met kwaliteitsniveau basis en een verbeterde inrichting van straten en muren.
-
Blz. 268
Optimale structuur binnenstad (waaronder looproutes, entrees, parkeren, groen en invulling vastgoed).
-
Blz. 269
Vergroenen van de binnenstad en verbinden van groene stukken in de binnenstad (voorkomen van hittestress en een fijne verblijfsomgeving).
-
Blz. 270
2.2.3 Verbinding (binnen)stad en WUR.
-
Blz. 271
Er is samenwerking tussen de WUR , de gemeente en de samenleving ten behoeve van zichtbaarheid van de WUR in de binnenstad.
-
Blz. 272
Uitnodigende (fysieke) verbinding tussen campus en binnenstad.
-
Blz. 273
Uitvoering van de Stadsagenda en CityDealKennisMaken (CDKM)
-
Blz. 274
We bouwen verder aan een duurzame samenwerkingsrelatie met de WUR en hebben een gezamenlijke lobby-agenda.
-
Blz. 275
2.2.4 Sterk vestigingsklimaat voor het kennisecosysteem.
-
Blz. 276
Aantrekkelijk woon- en verblijfsklimaat (vestigingsklimaat).
-
Blz. 277
Behoud en aantrekken van nieuwe (met name) kennisintensieve bedrijven (nationaal en internationaal).
-
Blz. 278
Uitvoering Gebiedsprogramma Kennisas (samen met Provincie Gelderland en gemeente Ede) voor hoogwaardige en goed bereikbare campussen.
-
Blz. 279
Hoogwaardige en goed bereikbare werklocaties voor bedrijven die een substantiële bijdrage leveren aan het kennisecosysteem en/of de impact economie.
-
Blz. 280
Sterke positie binnen regio Foodvalley, waarin partners complementair zijn, gebaseerd op gezamenlijke ambities.
-
Blz. 281
2.2.5 Aantrekkelijke functionele, duurzame en bereikbare werklocaties reguliere bedrijvigheid.
-
Blz. 282
Aantrekkelijk vestigingsklimaat voor circulaire, sociale en duurzame bedrijven.
-
Blz. 283
Gevestigde bedrijven worden ondersteund bij ruimtebehoefte en ruimte voor nieuwe ondernemers wordt gefaciliteerd.
-
Blz. 284
Starten met procedures voor omgevingsplan BSPW 2.0.
-
Blz. 285
2.2.6 Een aantrekkelijk kwalitatief aanbod voor recreatie en toerisme.
-
Blz. 286
Sterk recreatief en toeristisch aanbod.
-
Blz. 287
Inwoners en bezoekers zijn op de hoogte van het toeristisch aanbod en het is duidelijk of er gebruik van wordt gemaakt.
-
Blz. 288
2.2.7 Toekomstgericht voldoende passende banen, ook voor praktisch geschoolden (Balans op de arbeidsmarkt).
-
Blz. 289
De gemeente heeft een regierol op het sociaal ondernemerschap, zowel het stimuleren en ondersteunen van sociaal ondernemerschap als ook het stimuleren van sociale innovatie.
-
Blz. 290
Er wordt uitvoering gegeven aan de Human Capital Agenda.
-
Blz. 291
2.2.8 Uitvoering van acties Uitvoeringsprogramma Economie om brede welvaart te bevorderen.
-
Blz. 292
Realiseren acties uit Omgevingsprogramma Economie. Samen met partners in de stad en regio.
-
Blz. 293
We hebben onze positie op brede welvaart bepaald in 2024. In 2027 monitoren we de brede welvaart.
-
Blz. 294
2.2.9 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 295
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 296
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 297
2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving
-
Blz. 298
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 299
Doelstellingen
-
Blz. 300
2.3.1 Een toename van de biodiversiteit (genetische variatie, soortendiversiteit en leefgebied).
-
Blz. 301
De biodiversiteit van het openbaar groen en water neemt toe ten opzichte van de huidige situatie, zowel binnenstedelijk als in het buitengebied. De omstandigheden zijn zo, dat algemene soorten daar veel blijven voorkomen en niet zeldzaam worden.
-
Blz. 302
Groene en blauwe structuren in de stad en in het buitengebied zijn verbonden, zodat planten en dieren zich veilig kunnen verspreiden en verplaatsen door de stad. Waar nodig zijn speciale doorgangen voor dieren (fauna passages) aangelegd.
-
Blz. 303
De ecologische hoofdgroenstructuur blijft in stand en wordt versterkt.
-
Blz. 304
We werken ernaar toe dat in 2035 de Noordelijke Ecologische Verbindingszone tot aan de gemeentegrens (de Grift) is gerealiseerd.
-
Blz. 305
In 2030 bestaat 5% van het landelijk gebied uit landschapselementen (groenblauwe dooradering). Dit groeit door naar 10% in 2050. Deze landschapselementen passen bij het landschapstype ter plekke.
-
Blz. 306
De biodiversiteit van het buitengebied is verhoogd door het aanplanten van groen of de aanleg van groene elementen zoals een haag of houtwal. Dit doen we in samenwerking met andere partijen. Het Landschapsfonds vervult hierin ook een belangrijke rol.
-
Blz. 307
Voor het maaibeheer van de bermen gebruiken we 5 ontwikkelingsfases op basis van soortenrijkdom. Het doel is om in 2030 30% in de fase soortenrijk hooiland (H3), met een zeer hoge biodiversiteit en ecologische waarde te brengen.
-
Blz. 308
Het aantal groeihaarden van invasieve plantensoorten neemt af ten opzichte van de huidige situatie. Begin 2026 volgt een plan van aanpak. Voor zover we nu weten, zijn hiervoor geen extra middelen nodig.
-
Blz. 309
De waterkwantiteit in de stadsgracht is verhoogd, waardoor de waterkwaliteit en de visuele kwaliteit verbetert.
-
Blz. 310
Iedere nieuwe ruimtelijke ontwikkeling levert, zoveel mogelijk, een toename voor de biodiversiteit op.
-
Blz. 311
Het verduurzamen en isoleren van gebouwen leidt niet tot aantasting van de populaties van beschermde gebouwbewonende diersoorten. Hiervoor stellen we een Soortenmanagentplan (SMP) op.
-
Blz. 312
De landbouw wordt meer natuurinclusief.
-
Blz. 313
Activiteiten van inwoners en bedrijven die bijdragen aan de doelen uit het Biodiversiteitsplan worden door middel van subsidies gestimuleerd.
-
Blz. 314
2.3.2 Vergroten van de leefkwaliteit (kwantiteit en kwaliteit van het groen) waarmee gezondheid wordt bevorderd, geanticipeerd wordt op de klimaatverandering (klimaatadaptatie). Er wordt meer CO2 opgevangen en de ruimtelijke kwaliteit wordt vergroot.
-
Blz. 315
De klimaatbestendigheid van het openbaar groen is verhoogd door de soortenkeuze (van openbaar groen) bij vervanging of vernieuwing te blijven afstemmen op de verandering van het klimaat.
-
Blz. 316
Droogte en hitte zijn verminderd op locaties die hier het meest gevoelig voor zijn, door vergroening en afkoppelen van regenwater.
-
Blz. 317
Vergroening van tuinen (Steenbreek), daken en schoolpleinen is door middel van subsidies gestimuleerd.
-
Blz. 318
Er is jaarlijks een publiekscampagne uitgevoerd rondom vergroenen van tuinen, afkoppelen van regenwater en andere plannen.
-
Blz. 319
We voeren het uitvoeringsplan voor de Wageningse Eng uit.
-
Blz. 320
Met het Bomenbeleidsplan wordt een bijdrage geleverd aan meer CO2-opvang en geanticipeerd op klimaatverandering.
-
Blz. 321
We werken door richting het realiseren van de 3-30-300 regel, met als doel hier in 2045 aan te voldoen. Dit betekent:
-
Blz. 322
- Vanuit ieder huis zijn minstens 3 bomen zichtbaar.
-
Blz. 323
- In iedere wijk is er minstens 30% kroonbedekking.
-
Blz. 324
- Niemand woont meer dan 300 meter van het dichtstbijzijnde park/koelteplek.
-
Blz. 325
We werken ernaar toe dat in ieder straatstuk (gemeten van zijstraat tot zijstraat) minimaal 1 boom staat.
-
Blz. 326
Goede bovengrondse en ondergrondse bescherming van bomen in de openbare ruimte.
-
Blz. 327
Alle nieuwbouwplannen worden natuurinclusief en klimaatadaptief gerealiseerd, waarbij minimaal 10% divers groen in de wijk wordt aangelegd. Daarnaast wordt het bestaande groen in de woonomgeving behouden en versterkt.
-
Blz. 328
In woonwijken met minder dan 10% gemeentelijke groen (Bovenbuurt, Benedenbuurt en de Buurt Oost), is het percentage groen vergroot tot tenminste 10%.
-
Blz. 329
Het groen is in diverse wijken omgevormd naar een toekomstbestendige vorm (klimaatbestendig, meer biodiversiteit en afgestemd op beheerniveau).
-
Blz. 330
In alle lopende en nieuwe projecten in de openbare ruimte worden vergroening en klimaatadaptatie als koppelkans meegenomen.
-
Blz. 331
Projecten ter verbetering van het groene leefklimaat en vermindering van hittestress worden uitgevoerd.
-
Blz. 332
Regenwater wordt zoveel mogelijk vastgehouden op de plek waar het valt. De focus ligt hierbij in eerste instantie op de hogere zandgronden (bijvoorbeeld Benedenbuurt en Bovenbuurt).
-
Blz. 333
Wateroverlast is verminderd op locaties die hier het meest gevoelig voor zijn, door in te zetten op infiltratie.
-
Blz. 334
2.3.3 De openbare ruimte is schoon, heel en veilig.
-
Blz. 335
De openbare ruimte voldoet aan de vastgestelde onderhoudsniveaus. Speeltoestellen en bomen voldoen aan de wettelijke eisen rondom veiligheid (aantoonbaar zorgvuldig handelen).
-
Blz. 336
2.3.4 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 337
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 338
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 339
2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving
-
Blz. 340
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 341
Doelstellingen
-
Blz. 342
2.4.1 Implementatie Omgevingswet.
-
Blz. 343
Er is een omgevingsplan voor de fysieke leefomgeving met een passend Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
-
Blz. 344
Er is een gemeentebrede omgevingsvisie waarin de maatschappelijke opgaven in relatie tot de fysieke leefomgeving staan.
-
Blz. 345
Initiatiefnemers en inwoners worden gefaciliteerd bij participatie over initiatieven, op grond van het gemeentelijke participatiebeleid voor de Omgevingswet.
-
Blz. 346
Omgevingsvergunningen die passen in de Omgevingsvisie.
-
Blz. 347
2.4.2 Een integrale uitvoering van de opgaven in de fysieke leefomgeving.
-
Blz. 348
Er zijn programma’s onder de Omgevingswet voor ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. Deze programma’s vinden hun grondslag in de gemeentebrede omgevingsvisie en zijn opgenomen in het uitvoeringshoofdstuk van de visie.
-
Blz. 349
2.4.3 Beleid voor de fysieke leefomgeving, dat aansluit bij de ambitie.
-
Blz. 350
Kaders en het Omgevingsplan voor de fysieke leefomgeving zijn actueel en worden gehandhaafd.
-
Blz. 351
De komende jaren wordt het ‘Omgevingsplan van rechtswege’ stapsgewijs omgezet naar 1 integraal Omgevingsplan voor heel Wageningen. We zijn hier in 2022 mee gestart en hebben tot 1 januari 2032 om het tijdelijke omgevingsplan definitief te maken.
-
Blz. 352
2.4.4 Ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving passen binnen onze ambitie.
-
Blz. 353
Omgevingsplan en omgevingsvergunningen maken kleinere initiatieven van derden mogelijk die passen in onze ambitie.
-
Blz. 354
Grote ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving passen in onze ambitie en worden projectmatig uitgevoerd.
-
Blz. 355
Het project Grebbedijk is voorbereid en in uitvoering.
-
Blz. 356
2.4.5 Identiteit van de stad is zichtbaar en voelbaar voor inwoners en bezoekers.
-
Blz. 357
Cultuurhistorie is zichtbaar in Wageningen.
-
Blz. 358
Het Erfgoedprogramma is vastgesteld.
-
Blz. 359
Cultuurhistorie wordt gevierd.
-
Blz. 360
Monumenten hebben een plek in het Omgevingsplan.
-
Blz. 361
2.4.6 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 362
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 363
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 364
2.5 Klimaatneutraal 2030-2040
-
Blz. 365
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 366
Doelstellingen
-
Blz. 367
2.5.1 Er is 31% energie bespaard in 2040 ten opzichte van 2018 (Klimaatmonitor).
-
Blz. 368
Bij gemeentelijk vastgoed worden energiebesparende maatregelen genomen en duurzame energieopwekking gerealiseerd op basis van het Duurzaam Meerjarenonderhoudsplan (DMJOP).
-
Blz. 369
De VvE-verduurzamingsaanpak wordt uitgevoerd zodat VvE’s in staat zijn energie te besparen en hun resterende warmtevraag te verduurzamen.
-
Blz. 370
Er is een subsidieregeling Energiebesparing Basisscholen Wageningen 2025-2027. Basisscholen krijgen subsidie voor het realiseren van energiebesparende maatregelen, energie opwekken, of door de ventilatie in het gebouw te verbeteren.
-
Blz. 371
Er wordt een isolatiesubsidieregeling uitgevoerd gericht op het verduurzamen van de slecht geïsoleerde koopwoningen en VvE's (Wageningse Isolatieactie).
-
Blz. 372
Een wijkgerichte isolatiesubsidieregeling wordt ontwikkeld en deels gerealiseerd. Als onderdeel van een wijkaanpak die zorgt voor een versnelling van de verduurzaming van de gebouwde omgeving.
-
Blz. 373
Er is een actief energieloket om bedrijven, organisaties en verenigingen te ontzorgen, faciliteren en stimuleren tot het nemen van energiebesparende maatregelen.
-
Blz. 374
2.5.2 Er is 1847 TJ aan duurzame energie opgewekt in 2040 ten opzichte van 2018, hiervan is het streven de opgave aan duurzame elektriciteit in zonnevelden en windmolens in 2030 te behalen (Klimaatmonitor).
-
Blz. 375
In 2026 is een onderzoek uitgevoerd naar welke rol een lokale overheid zelf kan spelen bij het realiseren van lokale duurzame energieprojecten.
-
Blz. 376
De Warmtevisie wordt herijkt en er wordt een start gemaakt met de wijkuitvoeringsplannen (WUP) voor de eerste 3 wijken.
-
Blz. 377
We stimuleren en faciliteren een duurzaam alternatief voor de gasgestookte WKK voor het warmtenet Noordwest. De realisatie valt buiten de invloedsfeer van de gemeente.
-
Blz. 378
In 2026 is het warmtenet voor Proeftuin Aardgasvrije Wijk Benedenbuurt gerealiseerd.
-
Blz. 379
In 2040 is voor alle gebouwen een duurzame en betaalbare warmtevoorziening gerealiseerd die passend is voor de gebouwen.
-
Blz. 380
In 2040 zijn minimaal 142 duizend zonnepanelen gerealiseerd op Wageningse daken en parkeerterreinen.
-
Blz. 381
Innovatieve technieken zoals zon op gevels, energyhubs, wind op dak of lokale grids zijn in beeld en worden toegepast waar kan.
-
Blz. 382
We realiseren windmolens op basis van de Wageningse Windvisie en de Regionale Energiestrategie (streefdatum 2030). Hierbij houden we rekening met onder andere een zorgvuldige inpassing in het landschap.
-
Blz. 383
We realiseren zonneparken op basis van de Visie Buitengebied en de Regionale Energiestrategie (streefdatum 2030). Hierbij houden we onder andere rekening met een zorgvuldige inpassing in het landschap.
-
Blz. 384
In 2026 is een regionaal Energieperspectief opgesteld en de Regionale Energie Strategie doorontwikkeld (RES 2.0).
-
Blz. 385
Via samenwerkingsverband EnergieWEB wekt de gemeente Wageningen (steeds meer van) haar eigen energievraag op een duurzame manier op. In 2026 ronden we hiervoor een nieuwe aanbesteding af.
-
Blz. 386
2.5.3 De klimaatimpact die gepaard gaat met productie en consumptie van voedsel is verminderd.
-
Blz. 387
De gemeente geeft het goede voorbeeld als het gaat om inkoop van duurzame lokale producten, het aanbod van plantaardige opties, verminderen voedselverspilling en de verwerking van reststromen.
-
Blz. 388
De voedselomgeving van Wageningen is gezonder in 2030 dan in 2021 (voedselagenda):
-
Blz. 389
- Reclame voor ongezond voedsel in de openbare ruimte is teruggedrongen
-
Blz. 390
- De gemeente heeft noten- en fruitbomen in de wijken aangeplant
-
Blz. 391
- De vestiging van fastfoodzaken en -kramen wordt tegengegaan
-
Blz. 392
- Op evenementen is er een gezond aanbod
-
Blz. 393
- In buurthuizen, speeltuinen en andere plekken waar kinderen en jongeren komen is er gezond voedsel beschikbaar.
-
Blz. 394
In 2030 is de lokale verkoop van duurzame en lokale producten van regionale boeren en producenten gestegen.
-
Blz. 395
In Wageningen eten inwoners in 2030 minder dierlijk en meer plantaardig voedsel (Voedselagenda). Alle restaurants bieden vegetarische en plantaardige opties aan.
-
Blz. 396
In Wageningen verspillen inwoners, bedrijven en organisaties in 2030 minder voedsel. Reststromen worden beter verwerkt.
-
Blz. 397
Een groot aantal initiatiefnemers heeft een plek gevonden in Wageningen om stadslandbouw toe te passen op een duurzame manier en op scholen leren kinderen om zelf groente te verbouwen zonder chemische bestrijdingsmiddelen.
-
Blz. 398
2.5.4 In 2026 hebben alle huishoudens die te maken hebben met energiearmoede de mogelijkheid (gehad) om hulp te krijgen bij energiebesparing.
-
Blz. 399
Inwoners met energiearmoede krijgen proactief laagdrempelige energiebesparende maatregelen, advies en ondersteuning aangeboden.
-
Blz. 400
De gemeente en haar sociaal-maatschappelijke partners hebben kennis van, signaleren en bestrijden energiearmoede als onderdeel van bestaande en nieuwe werkprocessen.
-
Blz. 401
Er is extra subsidie en ondersteuning voor het stimuleren van isoleren bij inwoners die kwetsbaar zijn voor energiearmoede.
-
Blz. 402
2.5.5 In 2040 is alles wat de gemeente inkoopt volledig circulair. We maken zoveel mogelijk gebruik van circulaire en biobased bouwmaterialen en zamelt de gemeente slechts huishoudelijke grondstoffen in.
-
Blz. 403
In de bouw (infra en nieuwbouw) wordt in 2030 50% minder primaire grondstoffen gebruikt ten opzichte van 2018.
-
Blz. 404
Voor de inkoop van diensten en werken binnen de gemeentelijke organisatie verbruiken we in 2030 50% minder fossiele grondstoffen ten opzichte van 2018.
-
Blz. 405
De gemeentelijke organisatie heeft inzicht in haar eigen energieverbruik en meetbare reductiedoelstellingen volgens de methodiek van de CO2-Prestatieladder.
-
Blz. 406
2.5.6 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 407
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 408
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 409
2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving
-
Blz. 410
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 411
Doelstellingen
-
Blz. 412
2.6.1 Milieunormen worden niet overschreden.
-
Blz. 413
Ook in 2025 wordt met behulp van toezicht en handhaving gecontroleerd of normen op gebied van bodem, lucht, geluid, geur en energie niet worden overschreden.
-
Blz. 414
Er wordt meer (eetbaar) groen aangeplant in de bebouwde kom.
-
Blz. 415
Er wordt een duurzame reclamecode opgesteld met het doel reclame voor ongezond voedsel te weren en prikkels weg te nemen.
-
Blz. 416
2.6.2 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 417
De wettelijke taken zijn uitgevoerd.
-
Blz. 418
2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving
-
Blz. 419
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 420
2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting.
-
Blz. 421
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 422
Doelstellingen
-
Blz. 423
2.7.1 Versnelling en realisatie van de woningbouwproductie in Wageningen als antwoord op de huishoudensprognose.
-
Blz. 424
In de periode tussen 2020 en 2040 worden in Wageningen 3.500 woningen gerealiseerd, met hierbij een specifieke focus op 3.000 woningen tot 2030.
-
Blz. 425
De woningbouwbehoefte wordt iedere 2 jaar gemonitord. Op basis hiervan wordt het aantal te realiseren woningen indien nodig bijgesteld.
-
Blz. 426
Aan de hand van het afwegingskader flexwonen is een keuze gemaakt voor de uitwerking van de mogelijkheden voor een locatie voor flexwonen.
-
Blz. 427
Er is een strategie bepaald voor de zoeklocaties voor woningbouw, waaronder de locatie de Oksel.
-
Blz. 428
De gemeente heeft een actievere rol bij aankoop grond ten behoeve van de ontwikkeling van betaalbare woningen.
-
Blz. 429
Er komen meer woningen beschikbaar door het mogelijk maken van woningsplitsing en woningdelen.
-
Blz. 430
We geven uitvoering aan het besluit over het versnellen en ophogen van de woningbouwopgave.
-
Blz. 431
2.7.2 Meer betaalbare en duurzame woningvoorraad.
-
Blz. 432
Bij nieuwbouwontwikkeling zetten we in op voldoende betaalbare woningen in de betaalbare koop en sociale huur. We passen hierbij de herijkte woningmarktstrategie toe.
-
Blz. 433
De bestaande woningvoorraad wordt verder verduurzaamd, met nadruk op het uitfaseren van energielabel EFG-woningen, om energielasten te verlagen en het wooncomfort te verhogen.
-
Blz. 434
Het aanbod aan studentenhuisvesting voldoet aan de vraag naar kamers conform de actuele Landelijke monitor studentenhuisvesting.
-
Blz. 435
In het nieuw op te stellen volkshuisvestingsprogramma (Woonvisie) in het kader van de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting staat de woonbehoefte en woonopgave van doelgroepen.
-
Blz. 436
In het nieuw op te stellen volkshuisvestingsprogramma (Woonvisie) staat hoe we zorgen voor meer balans in de woningvoorraad. De woningmarktstrategie wordt hierop aangepast.
-
Blz. 437
De huisvestingsverordening wordt aangepast op basis van de nieuwe Wet regie volkshuisvesting. Deze wet heeft als doel om onder andere meer kansengelijkheid te creëren in de huisvesting van aandachtsgroepen en urgentiecategorieën.
-
Blz. 438
De betaalbare sociale huurwoningvoorraad is in 2030 vergroot. Woningstichting Wageningen heeft als ambitie om 800 sociale huurwoningen te realiseren tot 2030, in diverse woningbouwplannen.
-
Blz. 439
We werken met Woningstichting Wageningen aan de opgave door kansen te verkennen voor verdichten en optoppen bij hun bestaande voorraad.
-
Blz. 440
Nieuw te bouwen woningen zijn (bijna) energieneutraal, met aandacht voor circulariteit en natuur inclusief bouwen. Dit resultaat draagt bij aan programma's 2.4 en 2.5.
-
Blz. 441
Wageningen faciliteert en stimuleert Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO's) en collectief wonen.
-
Blz. 442
We faciliteren woningsplitsing om meer betaalbare woningen te realiseren.
-
Blz. 443
2.7.3 Voldoende groen en plekken voor ontmoeting in nieuwe en in bestaande wijken.
-
Blz. 444
Bij alle nieuwbouwplannen wordt gestreefd naar 30% kroonbedekking in de wijk. Bestaand groen wordt behouden en versterkt. Vanuit iedere woningen is er zicht op minimaal 3 bomen. Dit resultaat draagt bij aan programma 2.3.
-
Blz. 445
2.7.4 Vraag en aanbod van woningen met en zonder zorg zijn in balans.
-
Blz. 446
Het aanbod aan nieuwe en bestaande (geclusterde) nultredenwoningen wordt gerichter toegewezen.
-
Blz. 447
We realiseren geclusterde- en zorggeschikte woningen met ‘dementievriendelijk wonen’ als norm. De uitgangspunten hiervoor verwerken we in een nieuw beleid.
-
Blz. 448
De sociaal-economische kracht in de wijken wordt versterkt door bewoners met (sociale) problematiek te spreiden.
-
Blz. 449
2.7.5 Voor ouderen en aandachtsgroepen is er voldoende geschikt en betaalbaar woonaanbod in de buurt van voorzieningen.
-
Blz. 450
We hebben onderzocht hoe geclusterde woonvormen en zorggeschikte woningen (meer) gerealiseerd kunnen worden.
-
Blz. 451
We ontwikkelen (pre)mantelzorgbeleid om de mogelijkheden voor huisvestingsoplossingen voor mensen die binnenkort zorg nodig hebben of gaan verlenen te vergroten.
-
Blz. 452
2.7.6 Uitvoering wettelijke taken.
-
Blz. 453
De wettelijke taken worden uitgevoerd.
-
Blz. 454
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 455
2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet
-
Blz. 456
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 457
Doelstellingen
-
Blz. 458
2.8.1 Het multifunctioneel gebruik van gemeentelijke gebouwen bevorderen.
-
Blz. 459
Een strategisch vastgoedplan als afwegingskader welke maatschappelijke- en culturele instellingen worden gehuisvest in gemeentelijke gebouwen.
-
Blz. 460
2.8.2 Gebouwen die niet meer nodig zijn, worden verkocht of benut als potentiële locatie voor woningbouw.
-
Blz. 461
Aanwijzen van gemeentelijke gebouwen en locaties die geschikt zijn voor woningbouw op basis van het strategisch plan gemeentelijk vastgoed.
-
Blz. 462
Gemeentelijke gebouwen die niet meer nodig zijn met de verwachte verkoopopbrengst zijn in beeld.
-
Blz. 463
2.8.3 Streven naar een gezonde en kostendekkende exploitatie van gemeentelijke gebouwen.
-
Blz. 464
Op basis van de strategische vastgoednota maken we een keuze over welke vrijkomende gemeentelijke gebouwen we aanhouden en eventueel nog gaan verwerven.
-
Blz. 465
Het duurzaam in stand houden van gemeentelijke gebouwen en het klimaatneutraal maken ervan voor 2040.
-
Blz. 466
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 467
Algemene informatie programma 2
-
Blz. 468
Beleidskader bereikbaarheid
-
Blz. 469
Beleidskader economische ontwikkeling
-
Blz. 470
Beleidskader ruimtelijke ontwikkeling
-
Blz. 471
Beleidskader klimaat
-
Blz. 472
Beleidskader wonen
-
Blz. 473
Beleidskader Vastgoed
-
Blz. 474
Betrokkenheid verbonden partijen Programma 2
-
Blz. 475
Beleidsindicatoren
-
Blz. 476
Wat mag het kosten?
-
Blz. 477
Programma 3 Bestuur en organisatie
-
Blz. 478
Waarom dit programma?
-
Blz. 479
Beoogd maatschappelijk effect
-
Blz. 480
3.1 Een dienstverlenende en betrouwbare gemeente
-
Blz. 481
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 482
Doelstellingen
-
Blz. 483
3.1.1 De gemeente borgt dat de dienstverlening altijd voldoet aan de (nieuwe) wettelijke taken.
-
Blz. 484
Woo (Wet open overheid) in lijn met wetgeving geïmplementeerd.
-
Blz. 485
WMEBV (Wet Modernisering Elektronisch Bestuurlijk Verkeer) in lijn met wetgeving geïmplementeerd.
-
Blz. 486
Nieuwe Archiefwet in lijn met wetgeving geïmplementeerd.
-
Blz. 487
3.1.2 De gemeente levert dienstverlening met een hoge klanttevredenheid.
-
Blz. 488
We werken met servicenormen, monitoren klanttevredenheid en leveren een staat van de dienstverlening op.
-
Blz. 489
We organiseren een gemeenteraadsverkiezing.
-
Blz. 490
De basisregistraties zijn op orde, waaronder BRP (Basis Registratie Personen), BAG (Basisadministratie Adressen en Gebouwen), BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie), WOZ (Waardering Onroerende Zaken).
-
Blz. 491
We bieden toegankelijke, transparante en veilige dienstverlening en dragen zorg voor gelijke informatiepositie.
-
Blz. 492
3.1.3 De gemeente staat midden in de gemeenschap en is een betrouwbaar partner van inwoners, bedrijven en instellingen.
-
Blz. 493
We zijn duidelijk en transparant over onze rol in processen en wat inwoners, organisaties en bedrijven van ons kunnen verwachten.
-
Blz. 494
3.1.4 De gemeente heeft een actief participatiebeleid en investeert continu in democratische vernieuwing.
-
Blz. 495
Alle inwoners, bedrijven en organisaties zijn in staat om mee te praten over het gemeentelijk beleid.
-
Blz. 496
3.1.5 De gemeente is gastvrij met het stadhuis als Huis van de Stad.
-
Blz. 497
Meerdere maatschappelijke activiteiten vinden plaats in het stadhuis.
-
Blz. 498
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 499
3.2 De gemeente in control en financieel gezond
-
Blz. 500
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 501
Doelstellingen
-
Blz. 502
3.2.1 We stellen vast dat we onze kritische processen beheersen.
-
Blz. 503
Positieve ENSIA-zelfevaluatie/audit. ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit) is de methode waarmee een gemeente zich moet verantwoorden over de staat van de gegevensveiligheid en informatiebeveiliging.
-
Blz. 504
LEAN-procesinterventies. LEAN is een methode om de bedrijfsprocessen gericht te optimaliseren en verbeteren.
-
Blz. 505
Rapport doelmatigheidsonderzoek.
-
Blz. 506
We hebben voor alle kritische processen een noodplan voor crises.
-
Blz. 507
3.2.2 We passen risicomanagement toe bij de voorbereiding van, besluitvorming over en uitvoering van beleid.
-
Blz. 508
Actueel gemeentelijk risicoprofiel.
-
Blz. 509
Actueel weerstandsvermogen.
-
Blz. 510
Actuele nota risicomanagement en weerstandsvermogen.
-
Blz. 511
Nieuwe Governance-, Risk- en Compliance (GRC) -applicatie.
-
Blz. 512
3.2.3 We voeren financieel een gezond beleid volgens de maatstaf: ‘Een structureel en reëel begrotingsevenwicht’.
-
Blz. 513
Het saldo van de begroting 2026 in de Programmabegroting 2026 is sluitend.
-
Blz. 514
- Uitgangspunt voor de Programmabegroting is, dat de gemeente in de begroting 2026 geen tekort heeft. Ondanks het feit dat 2026 wordt aangeduid als zogenaamd 'Ravijnjaar' als gevolg van maatregelen die het Rijk heeft doorgevoerd.
-
Blz. 515
De meerjarenraming 2027-2029 geeft een reëel én structureel sluitend beeld.
-
Blz. 516
3.2.4 We sturen op tijdige en juiste inzet van de beschikbaar gestelde financiële middelen.
-
Blz. 517
We rapporteren tijdig via bestuursrapportages op afwijkingen.
-
Blz. 518
Begrotingswijzigingen worden tijdig aan de raad voorgelegd en vastgesteld.
-
Blz. 519
3.2.5 We verantwoorden de inzet van financiële middelen tijdig, juist en volledig.
-
Blz. 520
Financiële middelen worden rechtmatig besteed en er wordt tijdig, juist en volledig verantwoording afgelegd aan de raad.
-
Blz. 521
Positieve getrouwheidsverklaring van de accountant.
-
Blz. 522
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 523
3.3 Een Fitte Organisatie
-
Blz. 524
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 525
Doelstellingen
-
Blz. 526
3.3.1 We zorgen voor een waarderende en inclusieve werkcultuur.
-
Blz. 527
We brengen intern en extern DIG-beleid (Diversiteit, Inclusie & Gelijkwaardigheid) in de praktijk en maken gebruik van de mogelijkheden die de cao daartoe biedt.
-
Blz. 528
Elkaar aanspreken en feedback geven en ontvangen is een vanzelfsprekend onderdeel in onze samenwerking en onderwerp in Het Goede Gesprek.
-
Blz. 529
We hebben een sterke en aantrekkelijke arbeidsmarktpositie, waardoor we gekwalificeerde medewerkers vinden voor openstaande vacatures en bestaande medewerkers behouden.
-
Blz. 530
Wij hebben een functie- en loongebouw passend bij de ontwikkelingen van onze organisatie.
-
Blz. 531
We geven nieuwe medewerkers een Warm Wagenings Welkom zodat zij zich snel thuis voelen in onze organisatie.
-
Blz. 532
We hebben aandacht voor alle levens- en loopbaanfasen van onze medewerkers.
-
Blz. 533
We hebben interne- en externe vertrouwenspersonen die een bijdrage leveren aan een veilig werkklimaat voor onze medewerkers.
-
Blz. 534
3.3.2 We vergroten het sturend- en aanpassingsvermogen van de organisatie.
-
Blz. 535
We zijn een Rijnlandse organisatie en medewerkers kennen deze filosofie voldoende om hieraan bij te dragen.
-
Blz. 536
We werken binnen steeds meer teams procesgericht, hebben het proceseigenaarschap goed belegd en houden onze processen actueel.
-
Blz. 537
We ontwikkelen het Portfoliomanagement verder, zodat het Management Team (MT) in samenwerking met het college meer inzicht- en grip heeft om te sturen.
-
Blz. 538
Projectmatig werken gebeurt organisatiebreed op een professionele en voldoende eenduidige wijze.
-
Blz. 539
Onze managementinformatie (onder andere onze dashboards en Tellen en Vertellen) bevat betekenisvolle sturingsinformatie zodat het MT meer inzicht en grip heeft om te sturen.
-
Blz. 540
Met behulp van scenario-denken zijn we voorbereid op voor grote ontwikkelingen in de toekomstige arbeidsmarkt.
-
Blz. 541
3.3.3 We zetten de duurzame inzetbaarheid van onze medewerkers centraal.
-
Blz. 542
We zetten beleid en instrumenten in om veilig, gezond en vitaal te (blijven) werken.
-
Blz. 543
Met het leer- en ontwikkelplan (LOP) en ons leerplatform Waaglab realiseren we een lerende organisatie.
-
Blz. 544
We zetten in op het verlagen van ons verzuimpercentage door actief verzuimbeleid en preventieve maatregelen. Met als doel dat ons verzuimpercentage onder het landelijk gemiddelde van gemeenten is, zoals gemeten door het A&O-fonds.
-
Blz. 545
Wij ‘vergroenen’ onze arbeidsvoorwaarden (waaronder reiskosten woon-werkverkeer) conform de nieuwe cao-gemeenten.
-
Blz. 546
3.3.4 We werken aan werkgeluk.
-
Blz. 547
Met een periodiek medewerkers betrokkenheidsonderzoek en/of organisatiedialoog creëren we gezamenlijk inzicht. En het opent het gesprek over de verbeterkansen in de organisatie. Dit vertalen we naar acties.
-
Blz. 548
We organiseren gedurende het jaar verschillende bijeenkomsten om elkaar te ontmoeten en te inspireren.
-
Blz. 549
We hebben een moderne werkplek om (hybride) te kunnen (samen)werken en houden daarmee rekening met de functies en behoeften van de verschillende locaties.
-
Blz. 550
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 551
3.4 Een digitale organisatie
-
Blz. 552
Wat willen we bereiken?
-
Blz. 553
Doelstellingen
-
Blz. 554
3.4.1 Medewerkers digitaal vaardig en bewust houden.
-
Blz. 555
Nieuwe en bestaande medewerkers kennen de Wageningse ICT (Informatie- en Communicatie Technologie) en hoe ze die slim, veilig en privacybewust inzetten in hun werk.
-
Blz. 556
Medewerkers blijven op de hoogte van de belangrijkste technologische ontwikkelingen (zoals AI) en wat dit voor hun werk betekent (toepassing, kansen en aandachtspunten).
-
Blz. 557
3.4.2 Sturen op beleid en uitvoering met data.
-
Blz. 558
Er zijn instrumenten om te sturen op beleid, bedrijfsvoering en uitvoering.
-
Blz. 559
Maatschappelijke opgaven worden zoveel mogelijk ondersteund met data om het effect van ons handelen te kunnen monitoren.
-
Blz. 560
Er zijn afspraken over eigenaarschap, gebruik en beheer van data.
-
Blz. 561
3.4.3 Onlinedienstverlening en ICT-landschap bij de tijd houden.
-
Blz. 562
De online-dienstverlening is afgestemd op het Wageningse Dienstverleningsconcept.
-
Blz. 563
Er is beleid en architectuur voor de data- en digitaliseringsvraagstukken van de komende 3 jaren.
-
Blz. 564
Er is een moderne werkplek die past bij de werkwijze van Wageningen.
-
Blz. 565
Applicaties staan in de Cloud tenzij anders bepaald.
-
Blz. 566
Bij vernieuwingen passen we moderne en bewezen standaarden en toepassingen toe.
-
Blz. 567
3.4.4 Grip houden op informatieveiligheid en privacy.
-
Blz. 568
Het sturen op risico’s en treffen van maatregelen passend bij wet- en regelgeving is geborgd in de organisatie.
-
Blz. 569
Er zijn jaarlijks prioriteiten opgesteld in een jaarplan of roadmap.
-
Blz. 570
Er is een jaarlijkse verbetercyclus voor bedrijfscontinuïteitsmanagement.
-
Blz. 571
We zijn voorbereid op de komst van NIS2 (een nieuwe Europese richtlijn voor Network Information Security) door middel van een implementatieplan.
-
Blz. 572
3.4.5 De Informatiserings- en Automatiseringsorganisatie (I&A) toekomstbestendig houden.
-
Blz. 573
Het professionaliseren van de I&A-organisatie.
-
Blz. 574
Evaluatie van de nieuwe werkwijze en ICT-dienstverlening.
-
Blz. 575
Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
-
Blz. 576
Algemene informatie programma 3
-
Blz. 577
Beleidskader bestuur en organisatie
-
Blz. 578
Beleidskader P&C-cyclus
-
Blz. 579
Betrokkenheid verbonden partijen Programma 3
-
Blz. 580
Beleidsindicatoren
-
Blz. 581
Wat mag het kosten?
-
Blz. 582
Moties en amendementen
-
Blz. 583
Moties en Amendementen
-
Blz. 584
Wettelijk verplichte beleidsindicatoren
-
Blz. 585
Wettelijk verplichte beleidsindicatoren
-
Blz. 586
Paragrafen
-
Blz. 587
Paragraaf 1 Weerstandsvermogen & risicobeheersing
-
Blz. 588
Inleiding
-
Blz. 589
Beschikbare weerstandscapaciteit
-
Blz. 590
Benodigde weerstandscapaciteit
-
Blz. 591
Andere afgedekte gebeurtenissen
-
Blz. 592
Weerstandsvermogen
-
Blz. 593
Financiële kengetallen
-
Blz. 594
Paragraaf 2 Onderhoud kapitaalgoederen
-
Blz. 595
Inleiding
-
Blz. 596
Beheer- en beleidsplannen kapitaalgoederen
-
Blz. 597
Verhardingen, groen en water
-
Blz. 598
Speelvoorzieningen
-
Blz. 599
Water en riolering
-
Blz. 600
Woningen, gebouwen, accommodaties
-
Blz. 601
Scholen
-
Blz. 602
Paragraaf 3 Bedrijfsvoering
-
Blz. 603
Inleiding
-
Blz. 604
Mens en organisatie
-
Blz. 605
Data en Digitalisering: bouwen aan de Digitale Organisatie
-
Blz. 606
Financieel beleid
-
Blz. 607
In control
-
Blz. 608
Inkoop en contracten
-
Blz. 609
Juridische zaken
-
Blz. 610
Paragraaf 4 Verbonden partijen
-
Blz. 611
Inleiding
-
Blz. 612
Overzicht verbonden partijen
-
Blz. 613
Gemeenschappelijke regelingen
-
Blz. 614
Vennootschappen en coöperaties
-
Blz. 615
Stichtingen en verenigingen
-
Blz. 616
Paragraaf 5 Grondbeleid
-
Blz. 617
Inleiding
-
Blz. 618
Kaders grondbedrijf
-
Blz. 619
Onderhanden werken (OHW)
-
Blz. 620
Kostenverhaallocaties (KVL)
-
Blz. 621
Resultaat
-
Blz. 622
Stand reserve grondexploitatie
-
Blz. 623
Paragraaf 6 Lokale heffingen
-
Blz. 624
Inleiding
-
Blz. 625
Heffingen / belastingen 2026
-
Blz. 626
Kwijtscheldingsbeleid
-
Blz. 627
Kostendekkendheid heffingen
-
Blz. 628
Kostendekkendheid leges
-
Blz. 629
Opbrengsten lokale heffingen
-
Blz. 630
Belastingdruk
-
Blz. 631
Landelijke woonlastenpositie
-
Blz. 632
Paragraaf 7 Financiering
-
Blz. 633
Inleiding
-
Blz. 634
Uitstaande geldleningen (ug)
-
Blz. 635
Ontvangen geldleningen (og)
-
Blz. 636
Renteontwikkeling en rentevisie
-
Blz. 637
Garanties en borgstellingen
-
Blz. 638
Kasgeldlimiet
-
Blz. 639
Renterisiconorm
-
Blz. 640
Liquiditeitsplanning
-
Blz. 641
Schatkistbankieren
-
Blz. 642
EMU-saldo en EMU-schuld
-
Blz. 643
Renteschema
-
Blz. 644
Financiële begroting
-
Blz. 645
Overzicht baten en lasten
-
Blz. 646
Programmabegroting
-
Blz. 647
Algemene dekkingsmiddelen
-
Blz. 648
Geraamde baten en lasten per taakveld
-
Blz. 649
Geraamde baten en lasten per taakveld
-
Blz. 650
Verdeling taakvelden per programma
-
Blz. 651
Verdeling taakvelden per programma
-
Blz. 652
Incidentele baten en lasten per programma
-
Blz. 653
Incidentele baten en lasten per programma
-
Blz. 654
Incidentele baten en lasten 2026
-
Blz. 655
Structureel en reëel evenwicht
-
Blz. 656
Meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen
-
Blz. 657
Meerjarenoverzicht reserves en voorzieningen
-
Blz. 658
Meerjarenbalans
-
Blz. 659
Meerjarenbalans
-
Zoeken
-
Publicatie bijlagen
-
Contact
-
PrivacyStatement
-
Sitemap