Programma 2 Wageningen fysiek

Waarom dit programma?

Terug naar navigatie - Programma 2 Wageningen fysiek - Waarom dit programma?

Wij vinden het belangrijk dat onze leefomgeving groen, duurzaam en toekomstbestendig is. Dit is belangrijk voor onze inwoners van nu en later. De opgaven waar we voor staan zijn groot. De voorspellingen laten een behoefte zien van ongeveer 3.500 nieuwe woningen (tot 2040) in Wageningen. Daarbij hoort ook groei van de werkgelegenheid, mobiliteit en ruimte voor ontspanning. 
We werken aan de energietransitie, de landbouwtransitie en een versterking van de biodiversiteit. Daarnaast is er een groot belang de stad meer klimaatadaptief te maken. Deze vraagstukken hebben veel invloed op de ruimte in en rond de stad en vragen een integrale benadering. Dit kunnen wij niet alleen. We werken samen met regio Foodvalley, de provincie Gelderland, het Rijk en andere ketenpartners aan deze vraagstukken. 
Onze ambities op het gebied van wonen, mobiliteit, economie en duurzaamheid staan in de Visie Bebouwde Kom. Deze wordt in 2026 met onze Visie Buitengebied samengevoegd tot de Omgevingsvisie. Deze visie legt een belangrijke basis en legitimatie voor onze grote opgaven. Ook onze inwoners hebben hierin een rol.

Wonen
De druk op de woningmarkt is groot. De meest recente huishoudensprognoses voor Wageningen laten zien dat er veel woningen nodig zijn. Daarom proberen we de bouw van geschikte woningen te versnellen en uit te breiden. Eén van de prioriteiten is daarom ook het ontwikkelen van de potentiële bouwlocaties.
Daarnaast zetten we in op het beter benutten van de bestaande voorraad, bijvoorbeeld door woningsplitsing te stimuleren. Betaalbaarheid van het wonen blijft hierbij voor alle doelgroepen een belangrijk aandachtspunt. Hierbij streeft de gemeente samen met haar partners naar de inzet van verschillende hulpmiddelen. Ook kijken we naar creatieve (woon)oplossingen.
De vergrijzing en verdunning van huishoudens zijn belangrijke oorzaken van de grote huishoudensgroei de komende jaren. Daarom is het belangrijk dat inwoners zo zelfstandig mogelijk kunnen wonen in een passende woning in een gezonde leefomgeving met voldoende mogelijkheden voor ontmoeting en zorg op maat.

Groene en toekomstbestendige leefomgeving
Groen is belangrijk voor mens en dier. Mede door het groen in en rondom de stad wonen onze inwoners graag in Wageningen. Wageningen ligt tussen grote nationale en regionale natuurgebieden: Veluwe, Utrechtse Heuvelrug, Binnenveldse Hooilanden en het Rivierengebied. We werken aan een groene, klimaatadaptieve en biodiverse leefomgeving. 
De biodiversiteit is wereldwijd afgenomen. In Wageningen willen we dit op lokaal niveau veranderen en werken aan een toename van de biodiversiteit. We willen meer groenblauwe dooradering van het buitengebied. Ook gaan we de ecologische verbindingszone aan de noordzijde van de stad versterken. Nieuwe bebouwing in onze stad willen we natuurinclusief uitvoeren. Hiervoor zijn maatregelen opgenomen in het Biodiversiteitsplan. We gaan aan de slag met de uitvoering van deze en andere maatregelen uit het Biodiversiteitsplan. 
Ook omgaan met klimaatverandering vraagt van ons een andere manier van omgaan met onze leefomgeving. Dit betekent minder stenen en meer groen in de stad. Het anders omgaan met ons watersysteem is ook belangrijk. We maken water meer zichtbaar, als basis voor biodiversiteit en als middel voor klimaatadaptatie. We werken aan de uitvoering van het vastgestelde Bomenbeleidsplan.
Naast een groene leefomgeving werken we aan een toekomstbestendige leefomgeving. Onze ruimte is schaars. We willen dat onze inwoners prettig, veilig en gezond kunnen wonen, werken en recreëren. Dit vraagt om goede afwegingen. Dit doen wij niet alleen, maar samen met onze inwoners en partners. Onze stad kent ook een rijke geschiedenis die goed zichtbaar is. Cultuurhistorie houden we zichtbaar en vieren we. We gaan daarbij met respect om met onze monumenten. In het Omgevingsprogramma Erfgoed is aangegeven hoe we dit verder uitwerken.

Routekaart Klimaatneutraal
De routekaart Wageningen Klimaatneutraal 2030-2040 is vastgesteld. Om als stad klimaatneutraal te worden is het noodzakelijk dat we op onze energievraag aanzienlijk en structureel besparen. De resterende energievraag moet vervolgens duurzaam ingevuld worden. Dit kan door onder meer lokale duurzame energie-opwek. Hierbij is het bepalen en vasthouden aan de randvoorwaarden cruciaal. Naast de energietransitie (inclusief warmtetransitie) is ook de voedseltransitie een speerpunt. We streven naar minder verspilling van voedsel. Verder streven we naar een lagere consumptie van vlees en zuivel. Bovendien streven we naar consumptie van lokaal duurzaam geproduceerde producten. Bij een veilige en gezonde leefomgeving ligt de focus op het naleven van onze wettelijke taken (de geldende milieunormen).

Op weg naar een impacteconomie
De visie ‘Op weg naar een Impact Economie’ en bijbehorend Uitvoeringsprogramma Economie zijn vastgesteld. We voeren deze samen met de partners uit de stad en regio uit. We werken aan een toekomstbestendige lokale en regionale economie. Een economie die positieve impact heeft op de maatschappij, circulair is en werk biedt aan de inwoners van Wageningen.
Ons unieke kennisecosysteem helpt bij het oplossen van veel maatschappelijke vraagstukken. Deze kennis gaan we nog meer inzetten en verbinden met lokale en regionale ondernemers en onderwijsinstellingen.
Ook biedt onze economie oplossingen op het gebied van Agrifood en leefomgeving op nationaal en internationaal niveau. We versterken ons vestigingsklimaat en realiseren nieuwe ruimte voor bedrijven, zodat we aantrekkelijk blijven voor ondernemers en kennisinstellingen.
Voor economische en sociale ontwikkeling in wijken en buurten zijn ondernemende-bewonersinitiatieven belangrijk. We werken aan het versterken van de gemeenschapseconomie.

Human Capital Agenda 
De gemeente geeft actief uitvoering aan de Human Capital Agenda, die in 2025 formeel wordt vastgesteld. Deze agenda richt zich op een toekomstbestendige arbeidsmarkt waarin iedereen mee kan doen. We werken samen met scholen, ondernemers en maatschappelijke organisaties aan verschillende thema’s. Zoals het versterken van vaardigheden, het beter benutten van talent, arbeidsmarktinclusie, digitalisering en het binden van jongeren aan Wageningen. De gemeente vervult hierin een verbindende en regisserende rol. Daarnaast stimuleren en ondersteunen we sociaal ondernemerschap en sociale innovatie als belangrijke motoren voor een inclusieve en veerkrachtige lokale economie.

Mobiliteit
Het is belangrijk dat mensen zich veilig en prettig kunnen verplaatsen in Wageningen. Hiervoor is een goede en veilige infrastructuur van belang. De manier waarop de infrastructuur is ingericht is ook van belang voor de gezondheid van de inwoners. Als inwoners meer lopen en fietsen, is dit beter voor de gezondheid. Ook is dit beter voor het klimaat, de leefomgeving en de sociale interactie. Goede openbaarvervoervoorzieningen dragen hier ook aan bij. 
Door alle ontwikkelingen in en om Wageningen (woningbouw, groei kennisecosysteem, meer privé-auto’s) neemt de druk op onze wegen en openbare ruimte toe. Tegelijk willen we de stad groener maken en verduurzamen. Daarom is er een verandering nodig in hoe we reizen: een mobiliteitstransitie. In 2026 werken we verder aan een Omgevingsprogramma Mobiliteit. Daarin beschrijven we:

  • Wat er nodig is om anders te reizen.
  • Welke regels en doelen we stellen.
  • Welke maatregelen we nemen.

De resultaten van het Inwonersberaad worden hierin meegenomen. Samenwerking met omliggende gemeenten, provincies en Rijkswaterstaat is van groot belang.  Uiteindelijk gaat het allemaal om het gedrag van mensen. Een transitie lukt alleen als we inwoners en bedrijven bewust maken, helpen en stimuleren om anders te reizen.

Wat willen we bereiken voor onze inwoners en onze samenleving?

Terug naar navigatie - Programma 2 Wageningen fysiek - Wat willen we bereiken voor onze inwoners en onze samenleving?

In dit programma zijn de actuele ambities gekoppeld aan:

  • 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit
  • 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat
  • 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving
  • 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving
  • 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040
  • 2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving
  • 2.7 Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in een groene wijk met plek voor ontmoeting
  • 2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet

Deze ambities zijn verwerkt in een doelenboom, waarin wordt beantwoord:

  • Welke doelen willen we bereiken om te komen tot de ambitie?
  • Welke resultaten moet het opleveren?

2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit - Doelstellingen

2.1.1 Goede bereikbaarheid voor alle vervoerwijzen, 'inclusief' voor alle inwoners en bezoekers.

Terug naar navigatie - 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit - Doelstellingen - 2.1.1 Goede bereikbaarheid voor alle vervoerwijzen, 'inclusief' voor alle inwoners en bezoekers.

Beoogde resultaten

  • In 2026 is er een Omgevingsprogramma Mobiliteit vastgelegd met onder andere:
  • - Beleid voor autoluwe wijken en buurten.
  • - Beleid voor deelmobiliteit en mobiliteithubs.
  • - Doelstellingen omvang benodigde mobiliteitstransitie en maatregelen hoe deze transitie te bereiken.
  • - Doorvertaling van het raadbesluit over het Inwonerakkoord over mobiliteit uit 2025 (Inwonersberaad).
  • - (Nieuwe/vastgestelde) doelen en subdoelen worden in de begroting 2027 verwerkt.
  • Bevorderen fiets door goede fietsroutes binnen Wageningen en naar omliggende gemeenten. Conform de update fietsnetwerkkaart netwerkvisie (2023).
  • Educatie, voorlichting en handhaving ter voorkoming van ongevallen (in samenwerking met provincie Gelderland en regio Foodvalley).
  • Samen met regio Foodvalley en provincies werken we aan hoogwaardig openbaar vervoer.
  • Stimuleren lopen door middel van goede, aantrekkelijke en toegankelijke looproutes en door aantrekkelijke verblijfs- en voetgangersgebieden.
  • We monitoren jaarlijks de ongevallen en verkeersslachtoffers (met als doel: in 2026 gebeuren er ten opzichte van 2019 minder ongelukken en vallen er minder verkeersslachtoffers in het verkeer in de stad).

2.1.2 Een verkeersveilige en leefbare woon-, werk- school- en leefomgeving.

Terug naar navigatie - 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit - Doelstellingen - 2.1.2 Een verkeersveilige en leefbare woon-, werk- school- en leefomgeving.

Beoogde resultaten

  • Een verkeersveilige openbare ruimte door het toepassen van Duurzaam Veilig richtlijnen bij het ontwerp van wegen (bij nieuwe ontwikkelingen en onderhoud van bestaande straten).
  • Bewoners hebben invloed op hun directe leefomgeving, door actief in te spelen op kleine verkeersvragen en -knelpunten via onder andere Meldpunt Openbare Ruimte.
  • Vergunningen zoals evenement-, inrit- en omgevingsvergunning en gehandicaptenparkeren zijn getoetst en verstrekt.
  • Goed inframanagement (conform niveau basis) ten behoeve van verkeersveiligheid, doorstroming en bereikbaarheid hulpdiensten.
  • Geen sluipverkeer door woonwijken en over smalle wegen in het buitengebied. Hiervoor is nodig:
  • - Een robuuste hoofdinfrastructuur (voor auto en hoogwaardig openbaar vervoer) die huidige en toekomstige vraag naar capaciteit aan kan en waar de doorstroming zo lang mogelijk op gang blijft en hinder zo min mogelijk optreedt.
  • - We onderzoeken of een snelheid van 30 km per uur hieraan bijdraagt.
  • Bij ruimtelijke plannen en herinrichtingsplannen geven we voorrang aan voetgangers en fietsers. Leidend is STOEP (ook voor parkeervoorzieningen).
  • In 2026 hebben we een wijk als pilot benoemd en uitgewerkt om veiligheid en leefbaarheid te verbeteren door aanpassing van de inrichting van de openbare ruimte.
  • We geven nadere invulling aan de autoluwe binnenstad. Met aandacht voor onder andere:
  • - Parkeeroplossing voor fiets en auto.
  • - Onderzoek kans voor pilot last mile delivery.
  • Parkeerbeleid (voor zowel auto als fiets) ten behoeve van juiste mate van leefbaarheid. Als onderdeel van het Omgevingsprogramma Mobiliteit actualiseren we de parkeervisie.

2.1.3 Verduurzamen van mobiliteit (Wageningen Klimaatneutraal 2030-2040).

Terug naar navigatie - 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit - Doelstellingen - 2.1.3 Verduurzamen van mobiliteit (Wageningen Klimaatneutraal 2030-2040).

Beoogde resultaten

  • Alle 100+ werkgevers zijn benaderd voor mogelijkheden verduurzaming mobiliteit. Dit doen we binnen de werkgeversaanpak van de regio Foodvalley.
  • In 2030 bedraagt het totaal aantal laadpalen in de openbare ruimte: 194 laadpalen (conform Visie openbare laadinfrastructuur 2030).
  • We maken ons op provinciaal niveau sterk voor een concessie met een duurzaam openbaar vervoer leverancier.
  • We nemen een besluit over het wel of niet invoeren van een Zero-Emissiezone voor Stadslogistiek. Indien we voor een ZE-zone kiezen, besluiten we ook waar en vanaf wanneer de ZE-zone gaat gelden en werken we dat verder uit.
  • We onderzoeken de noodzaak en mogelijkheden om duurzaam goederentransport te faciliteren.
  • Het gemeentelijk wagenpark is verduurzaamd.

2.1.4 Uitvoering wettelijke taken.

Terug naar navigatie - 2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit - Doelstellingen - 2.1.4 Uitvoering wettelijke taken.

In het kader van deze ambitie voeren we de volgende wettelijke taken uit: 

  • Het beheren van de bestaande infrastructuur.
    • Zorgdragen voor het juiste functioneren van de weg door plaatsing verkeersborden en -tekens, inclusief verkeersbesluit.
    • Zorgdragen dat de openbare weg in goede staat verkeert.
    • Zorgdragen voor de inspanningsverplichting van gladheidsbestrijding.
    • Zorgdragen voor een wegenlegger, inclusief bebouwde komgrenzen.

Beoogde resultaten

  • De wettelijke taken zijn uitgevoerd.

2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Wat willen we bereiken?

Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat met voldoende werkgelegenheid voor iedereen. In 2026 zetten we stappen in het realiseren van de ambities uit de Visie Economie. We realiseren de doelen uit het Uitvoeringsprogramma Economie, de Human Capital Agenda, Actieplan Circulaire Economie, het Uitvoeringsprogramma horeca/detailhandel en de Toeristisch-recreatieve agenda.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen

2.2.1 Transparante en accurate ondernemersdienstverlening.

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.1 Transparante en accurate ondernemersdienstverlening.

Beoogde resultaten

  • Behoeften ondernemers in beeld.
  • MKB-ondernemers zien de gemeente Wageningen als aanspreekbaar en ondersteunend.
  • Nauwere samenwerking met andere platforms en organisaties (ondernemersverenigingen, kennis- of onderwijsinstellingen).
  • Vlotte vergunningenprocedures.

2.2.2 Een aantrekkelijke en levendige binnenstad ('een bruisende binnenstad').

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.2 Een aantrekkelijke en levendige binnenstad ('een bruisende binnenstad').

Beoogde resultaten

  • Ondersteuning voor marketing voor de binnenstad.
  • We stemmen de festivalkalender af met partners in de regio, zodat we elkaars aanbod versterken en niet concurreren.
  • Een actueel en vernieuwd evenementenbeleid.
  • Er is ruimte voor initiatieven op het gebied van innovatie, inspiratie, toerisme en ontspanning.
  • Goed functionerende warenmarkt.
  • Het kennisecosysteem is zichtbaar in de binnenstad.
  • In de binnenstad geven we ruimte aan nieuwe vormen van ondernemen.
  • Maximaal 7 a 8 procent leegstand in de binnenstad.
  • Ondersteunen sociale en culturele activiteiten.
  • Ontmoetingsplekken voor jongeren.
  • Openbare ruimte van de binnenstad is een prettige verblijfsomgeving, met kwaliteitsniveau basis en een verbeterde inrichting van straten en muren.
  • Optimale structuur binnenstad (waaronder looproutes, entrees, parkeren, groen en invulling vastgoed).
  • Vergroenen van de binnenstad en verbinden van groene stukken in de binnenstad (voorkomen van hittestress en een fijne verblijfsomgeving).

2.2.3 Verbinding (binnen)stad en WUR.

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.3 Verbinding (binnen)stad en WUR.

Beoogde resultaten

  • Er is samenwerking tussen de WUR , de gemeente en de samenleving ten behoeve van zichtbaarheid van de WUR in de binnenstad.
  • Uitnodigende (fysieke) verbinding tussen campus en binnenstad.
  • Uitvoering van de Stadsagenda en CityDealKennisMaken (CDKM)
  • We bouwen verder aan een duurzame samenwerkingsrelatie met de WUR en hebben een gezamenlijke lobby-agenda.

2.2.4 Sterk vestigingsklimaat voor het kennisecosysteem.

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.4 Sterk vestigingsklimaat voor het kennisecosysteem.

Beoogde resultaten

  • Aantrekkelijk woon- en verblijfsklimaat (vestigingsklimaat).
  • Behoud en aantrekken van nieuwe (met name) kennisintensieve bedrijven (nationaal en internationaal).
  • Uitvoering Gebiedsprogramma Kennisas (samen met Provincie Gelderland en gemeente Ede) voor hoogwaardige en goed bereikbare campussen.
  • Hoogwaardige en goed bereikbare werklocaties voor bedrijven die een substantiële bijdrage leveren aan het kennisecosysteem en/of de impact economie.
  • Sterke positie binnen regio Foodvalley, waarin partners complementair zijn, gebaseerd op gezamenlijke ambities.

2.2.5 Aantrekkelijke functionele, duurzame en bereikbare werklocaties reguliere bedrijvigheid.

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.5 Aantrekkelijke functionele, duurzame en bereikbare werklocaties reguliere bedrijvigheid.

Beoogde resultaten

  • Aantrekkelijk vestigingsklimaat voor circulaire, sociale en duurzame bedrijven.
  • Gevestigde bedrijven worden ondersteund bij ruimtebehoefte en ruimte voor nieuwe ondernemers wordt gefaciliteerd.
  • Starten met procedures voor omgevingsplan BSPW 2.0.

2.2.7 Toekomstgericht voldoende passende banen, ook voor praktisch geschoolden (Balans op de arbeidsmarkt).

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.7 Toekomstgericht voldoende passende banen, ook voor praktisch geschoolden (Balans op de arbeidsmarkt).

Beoogde resultaten

  • De gemeente heeft een regierol op het sociaal ondernemerschap, zowel het stimuleren en ondersteunen van sociaal ondernemerschap als ook het stimuleren van sociale innovatie.
  • Er wordt uitvoering gegeven aan de Human Capital Agenda.

2.2.8 Uitvoering van acties Uitvoeringsprogramma Economie om brede welvaart te bevorderen.

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Doelstellingen - 2.2.8 Uitvoering van acties Uitvoeringsprogramma Economie om brede welvaart te bevorderen.

Beoogde resultaten

  • Realiseren acties uit Omgevingsprogramma Economie. Samen met partners in de stad en regio.
  • We hebben onze positie op brede welvaart bepaald in 2024. In 2027 monitoren we de brede welvaart.

Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Terug naar navigatie - 2.2 Een aantrekkelijk, sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat - Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Werklocaties en anderen:

  • Er zijn diverse landelijke ontwikkelingen van invloed op de economische ontwikkeling van Wageningen. Zoals de geopolitieke omstandigheden, demografische en maatschappelijke ontwikkelingen, maar ook wateroverlast /-tekort, netcongestie en de stikstofproblematiek.
  • Ondernemers kunnen zich door netcongestie niet aansluiten op het elektriciteitsnetwerk. Volgens de website van Liander duur dit zeker tot eind 2029. Dit heeft directe invloed op de economische ontwikkeling van Wageningen. Waaronder op de aantrekkelijkheid om hier te vestigen en op de werkgelegenheid. Ook heeft de netcongestie invloed op de duurzaamheidsambities van Wageningen, de gronduitgifte en de uitvoering van onder andere het regionale beleid op het gebied van Duurzaamheid zoals de RES (Regionale Energiestrategie).
  • Wageningen (en regio Foodvalley) heeft te maken met een extra ruimtedruk van elders (voor bedrijven en/of wonen). Vanuit omliggende regio’s (onder andere Arnhem, Nijmegen en Amersfoort) kijkt men steeds vaker naar vestigingsmogelijkheden (voor bedrijven en/of wonen) in onze regio. Gevolg van deze hoge ruimtedruk is een toenemende concurrentie voor ruimte bedoeld voor werklocaties.
  • De huidige bereikbaarheid van de werklocaties en binnenstad voor bedrijven, bezoekers en werknemers kan beter. Er moet een kwaliteitsverbetering komen met aandacht voor alle vormen van mobiliteit inclusief hoogwaardig openbaar vervoer, snelfietsroutes, mobiliteithubs en parkeren voor fiets en auto.
  • Er zijn niet genoeg werklocaties waar bedrijven zich kunnen vestigen. Vooral voor bedrijven in het kenniscluster rond Agrifood en de Rijnhaven is dit een probleem. Dit heeft indirect invloed op de gehele economie in Wageningen, waaronder werkgelegenheid en het draagvlak voor voorzieningenniveau.

Binnenstad

  • Er is veel onzekerheid door stijgende energiekosten, grondstoffen en arbeidskosten. Door in gesprek te blijven met ondernemers, proberen we leegstand zoveel mogelijk te voorkomen. Op die manier werken we samen aan een levendige en aantrekkelijke binnenstad.

2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving - Doelstellingen

2.3.1 Een toename van de biodiversiteit (genetische variatie, soortendiversiteit en leefgebied).

Terug naar navigatie - 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving - Doelstellingen - 2.3.1 Een toename van de biodiversiteit (genetische variatie, soortendiversiteit en leefgebied).

Beoogde resultaten

  • De biodiversiteit van het openbaar groen en water neemt toe ten opzichte van de huidige situatie, zowel binnenstedelijk als in het buitengebied. De omstandigheden zijn zo, dat algemene soorten daar veel blijven voorkomen en niet zeldzaam worden.
  • Groene en blauwe structuren in de stad en in het buitengebied zijn verbonden, zodat planten en dieren zich veilig kunnen verspreiden en verplaatsen door de stad. Waar nodig zijn speciale doorgangen voor dieren (fauna passages) aangelegd.
  • De ecologische hoofdgroenstructuur blijft in stand en wordt versterkt.
  • We werken ernaar toe dat in 2035 de Noordelijke Ecologische Verbindingszone tot aan de gemeentegrens (de Grift) is gerealiseerd.
  • In 2030 bestaat 5% van het landelijk gebied uit landschapselementen (groenblauwe dooradering). Dit groeit door naar 10% in 2050. Deze landschapselementen passen bij het landschapstype ter plekke.
  • De biodiversiteit van het buitengebied is verhoogd door het aanplanten van groen of de aanleg van groene elementen zoals een haag of houtwal. Dit doen we in samenwerking met andere partijen. Het Landschapsfonds vervult hierin ook een belangrijke rol.
  • Voor het maaibeheer van de bermen gebruiken we 5 ontwikkelingsfases op basis van soortenrijkdom. Het doel is om in 2030 30% in de fase soortenrijk hooiland (H3), met een zeer hoge biodiversiteit en ecologische waarde te brengen.
  • Het aantal groeihaarden van invasieve plantensoorten neemt af ten opzichte van de huidige situatie. Begin 2026 volgt een plan van aanpak. Voor zover we nu weten, zijn hiervoor geen extra middelen nodig.
  • De waterkwantiteit in de stadsgracht is verhoogd, waardoor de waterkwaliteit en de visuele kwaliteit verbetert.
  • Iedere nieuwe ruimtelijke ontwikkeling levert, zoveel mogelijk, een toename voor de biodiversiteit op.
  • Het verduurzamen en isoleren van gebouwen leidt niet tot aantasting van de populaties van beschermde gebouwbewonende diersoorten. Hiervoor stellen we een Soortenmanagentplan (SMP) op.
  • De landbouw wordt meer natuurinclusief.
  • Activiteiten van inwoners en bedrijven die bijdragen aan de doelen uit het Biodiversiteitsplan worden door middel van subsidies gestimuleerd.

2.3.2 Vergroten van de leefkwaliteit (kwantiteit en kwaliteit van het groen) waarmee gezondheid wordt bevorderd, geanticipeerd wordt op de klimaatverandering (klimaatadaptatie). Er wordt meer CO2 opgevangen en de ruimtelijke kwaliteit wordt vergroot.

Terug naar navigatie - 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving - Doelstellingen - 2.3.2 Vergroten van de leefkwaliteit (kwantiteit en kwaliteit van het groen) waarmee gezondheid wordt bevorderd, geanticipeerd wordt op de klimaatverandering (klimaatadaptatie). Er wordt meer CO2 opgevangen en de ruimtelijke kwaliteit wordt vergroot.

Beoogde resultaten

  • De klimaatbestendigheid van het openbaar groen is verhoogd door de soortenkeuze (van openbaar groen) bij vervanging of vernieuwing te blijven afstemmen op de verandering van het klimaat.
  • Droogte en hitte zijn verminderd op locaties die hier het meest gevoelig voor zijn, door vergroening en afkoppelen van regenwater.
  • Vergroening van tuinen (Steenbreek), daken en schoolpleinen is door middel van subsidies gestimuleerd.
  • Er is jaarlijks een publiekscampagne uitgevoerd rondom vergroenen van tuinen, afkoppelen van regenwater en andere plannen.
  • We voeren het uitvoeringsplan voor de Wageningse Eng uit.
  • Met het Bomenbeleidsplan wordt een bijdrage geleverd aan meer CO2-opvang en geanticipeerd op klimaatverandering.
  • We werken door richting het realiseren van de 3-30-300 regel, met als doel hier in 2045 aan te voldoen. Dit betekent:
  • - Vanuit ieder huis zijn minstens 3 bomen zichtbaar.
  • - In iedere wijk is er minstens 30% kroonbedekking.
  • - Niemand woont meer dan 300 meter van het dichtstbijzijnde park/koelteplek.
  • We werken ernaar toe dat in ieder straatstuk (gemeten van zijstraat tot zijstraat) minimaal 1 boom staat.
  • Goede bovengrondse en ondergrondse bescherming van bomen in de openbare ruimte.
  • Alle nieuwbouwplannen worden natuurinclusief en klimaatadaptief gerealiseerd, waarbij minimaal 10% divers groen in de wijk wordt aangelegd. Daarnaast wordt het bestaande groen in de woonomgeving behouden en versterkt.
  • In woonwijken met minder dan 10% gemeentelijke groen (Bovenbuurt, Benedenbuurt en de Buurt Oost), is het percentage groen vergroot tot tenminste 10%.
  • Het groen is in diverse wijken omgevormd naar een toekomstbestendige vorm (klimaatbestendig, meer biodiversiteit en afgestemd op beheerniveau).
  • In alle lopende en nieuwe projecten in de openbare ruimte worden vergroening en klimaatadaptatie als koppelkans meegenomen.
  • Projecten ter verbetering van het groene leefklimaat en vermindering van hittestress worden uitgevoerd.
  • Regenwater wordt zoveel mogelijk vastgehouden op de plek waar het valt. De focus ligt hierbij in eerste instantie op de hogere zandgronden (bijvoorbeeld Benedenbuurt en Bovenbuurt).
  • Wateroverlast is verminderd op locaties die hier het meest gevoelig voor zijn, door in te zetten op infiltratie.

2.3.4 Uitvoering wettelijke taken.

Terug naar navigatie - 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving - Doelstellingen - 2.3.4 Uitvoering wettelijke taken.

In het kader van deze ambitie voeren we de volgende wettelijke taken uit: 

  • Vanwege wettelijke aansprakelijkheid zorgen we voor de veiligheid van onder andere wegen, speeltoestellen (attractiebesluit) en bomen (ook opgenomen onder doel 2.3.3).
  • Begraven
  • Voor het toekomstbestendig maken van de begraafplaats De Leeuwerenk staan verschillende werken gepland in 2026 en 2027. 
    • De renovatie van het Baarhuisje, waarbij het Baarhuisje ruimte gaat bieden aan een mindervalidentoilet en een kleine ruimte voor bezinning.
    • Vernieuwing van de personeelshuisvesting met opslag en klein kantoor.
    • Aanpassingen aan de aula (waaronder de airco, beeld en geluid, inrichting).

Beoogde resultaten

  • De wettelijke taken zijn uitgevoerd.

Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Terug naar navigatie - 2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving - Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
  • Voor het bevorderen van biodiversiteit en het versterken van het landschap in het buitengebied, zijn we afhankelijk van de medewerking van grondeigenaren. Hun bijdrage is essentieel voor het ontwikkelen van meer hagen, samengestelde landschapselementen en natuur. Daarnaast is de investeringsbereidheid van gebouweigenaren en scholen cruciaal voor de realisatie van groene gevels, daken en pleinen.
  • Voor het realiseren van de noordelijke ecologische verbindingszone hebben we de medewerking van grondeigenaren, afstemming met buurgemeenten en ondersteuning van de provincie Gelderland nodig.
  • Om te meten of de maatregelen ter verhoging van de biodiversiteit nuttig zijn, moeten we monitoren. Dit is erg tijdsintensief en kostbaar. Hiervoor zoeken we samenwerking met vrijwilligers. Ook bekijken we samen met de WUR of we hiervoor gebruik kunnen maken van studenten.
  • Voor het opstellen van het Soortenmanagementplan (SMP) is in de begroting van 2025 € 100.000 opgenomen. De verwachting is dat dat bedrag in 2025 slechts voor een deel kan worden uitgegeven. Omdat dit bedrag al eerder is overgeheveld vervalt het deel dat niet is gebruikt eind 2025. Daarom willen we voor 2026 nieuw budget aanvragen. Toelichting: Het SMP moet er toe leiden dat de gemeente een gebiedsgerichte vergunning van de provincie krijgt. Daarvoor moet het SMP voldoen aan de eisen die de provincie daaraan stelt. Deze eisen zijn echter nog niet duidelijk. We lopen daardoor vertraging op bij de aanbesteding en daarmee ook op tot stand komen het plan zelf. De inschatting is dat we in 2025 € 15.000 kunnen uitgeven en voor 2026 nog € 85.000 nodig hebben.
  • Om de ambities waar te maken ten aanzien van een groene en biodiverse leefomgeving is voldoende capaciteit en budget nodig binnen de gemeentelijke organisatie.

2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving - Doelstellingen

2.4.1 Implementatie Omgevingswet.

Terug naar navigatie - 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving - Doelstellingen - 2.4.1 Implementatie Omgevingswet.

Beoogde resultaten

  • Er is een omgevingsplan voor de fysieke leefomgeving met een passend Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO).
  • Er is een gemeentebrede omgevingsvisie waarin de maatschappelijke opgaven in relatie tot de fysieke leefomgeving staan.
  • Initiatiefnemers en inwoners worden gefaciliteerd bij participatie over initiatieven, op grond van het gemeentelijke participatiebeleid voor de Omgevingswet.
  • Omgevingsvergunningen die passen in de Omgevingsvisie.

2.4.3 Beleid voor de fysieke leefomgeving, dat aansluit bij de ambitie.

Terug naar navigatie - 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving - Doelstellingen - 2.4.3 Beleid voor de fysieke leefomgeving, dat aansluit bij de ambitie.

Sinds 1 januari 2024 heeft de gemeente Wageningen van rechtswege een tijdelijk omgevingsplan. Hierin staan onder meer alle bestemmingsplannen, de bruidsschat (rijksregels van de overheid, die worden gedecentraliseerd) en instructieregels van het Waterschap en de provincie.

Beoogde resultaten

  • Kaders en het Omgevingsplan voor de fysieke leefomgeving zijn actueel en worden gehandhaafd.
  • De komende jaren wordt het ‘Omgevingsplan van rechtswege’ stapsgewijs omgezet naar 1 integraal Omgevingsplan voor heel Wageningen. We zijn hier in 2022 mee gestart en hebben tot 1 januari 2032 om het tijdelijke omgevingsplan definitief te maken.

2.4.4 Ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving passen binnen onze ambitie.

Terug naar navigatie - 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving - Doelstellingen - 2.4.4 Ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving passen binnen onze ambitie.

Beoogde resultaten

  • Omgevingsplan en omgevingsvergunningen maken kleinere initiatieven van derden mogelijk die passen in onze ambitie.
  • Grote ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving passen in onze ambitie en worden projectmatig uitgevoerd.
  • Het project Grebbedijk is voorbereid en in uitvoering.

Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Terug naar navigatie - 2.4 Een toekomstbestendige fysieke leefomgeving - Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Voor de ruimtelijke ontwikkeling van onze stad zijn we afhankelijk van beschikbare ambtelijke capaciteit en externe partijen en factoren. Dit geldt voor initiatieven, de kwaliteit hiervan en de participatie in de planvorming. Hierdoor kunnen ontwikkelingen anders lopen dan verwacht. Dit kan tot gevolg hebben dat een vereiste omgevingsplanwijziging niet wordt vastgesteld en/of een omgevingsvergunning niet wordt verleend. Hierdoor kan het dat we onze doelen niet of niet volledig halen.

2.5 Klimaatneutraal 2030-2040

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Wat willen we bereiken?

De gemeente Wageningen is klimaatneutraal in 2030-2040 en heeft de klimaatimpact van indirect energieverbruik zoals de voedselproductie en consumptie verminderd. Ambitie 2.1. Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit en 2.3. Een groene en biodiverse leefomgeving dragen mede bij aan deze ambitie. Via de Klimaatmonitor, een digitaal instrument dat toegankelijk is voor de hele stad, meten we de voortgang op de ambities en doelen onder de verschillende sporen van de Routekaart Klimaatneutraal. De uitkomsten hiervan worden jaarlijks gedeeld en besproken met de raad. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen

2.5.1 Er is 31% energie bespaard in 2040 ten opzichte van 2018 (Klimaatmonitor).

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.1 Er is 31% energie bespaard in 2040 ten opzichte van 2018 (Klimaatmonitor).

Beoogde resultaten

  • Bij gemeentelijk vastgoed worden energiebesparende maatregelen genomen en duurzame energieopwekking gerealiseerd op basis van het Duurzaam Meerjarenonderhoudsplan (DMJOP).
  • De VvE-verduurzamingsaanpak wordt uitgevoerd zodat VvE’s in staat zijn energie te besparen en hun resterende warmtevraag te verduurzamen.
  • Er is een subsidieregeling Energiebesparing Basisscholen Wageningen 2025-2027. Basisscholen krijgen subsidie voor het realiseren van energiebesparende maatregelen, energie opwekken, of door de ventilatie in het gebouw te verbeteren.
  • Er wordt een isolatiesubsidieregeling uitgevoerd gericht op het verduurzamen van de slecht geïsoleerde koopwoningen en VvE's (Wageningse Isolatieactie).
  • Een wijkgerichte isolatiesubsidieregeling wordt ontwikkeld en deels gerealiseerd. Als onderdeel van een wijkaanpak die zorgt voor een versnelling van de verduurzaming van de gebouwde omgeving.
  • Er is een actief energieloket om bedrijven, organisaties en verenigingen te ontzorgen, faciliteren en stimuleren tot het nemen van energiebesparende maatregelen.

2.5.2 Er is 1847 TJ aan duurzame energie opgewekt in 2040 ten opzichte van 2018, hiervan is het streven de opgave aan duurzame elektriciteit in zonnevelden en windmolens in 2030 te behalen (Klimaatmonitor).

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.2 Er is 1847 TJ aan duurzame energie opgewekt in 2040 ten opzichte van 2018, hiervan is het streven de opgave aan duurzame elektriciteit in zonnevelden en windmolens in 2030 te behalen (Klimaatmonitor).

Beoogde resultaten

  • In 2026 is een onderzoek uitgevoerd naar welke rol een lokale overheid zelf kan spelen bij het realiseren van lokale duurzame energieprojecten.
  • De Warmtevisie wordt herijkt en er wordt een start gemaakt met de wijkuitvoeringsplannen (WUP) voor de eerste 3 wijken.
  • We stimuleren en faciliteren een duurzaam alternatief voor de gasgestookte WKK voor het warmtenet Noordwest. De realisatie valt buiten de invloedsfeer van de gemeente.
  • In 2026 is het warmtenet voor Proeftuin Aardgasvrije Wijk Benedenbuurt gerealiseerd.
  • In 2040 is voor alle gebouwen een duurzame en betaalbare warmtevoorziening gerealiseerd die passend is voor de gebouwen.
  • In 2040 zijn minimaal 142 duizend zonnepanelen gerealiseerd op Wageningse daken en parkeerterreinen.
  • Innovatieve technieken zoals zon op gevels, energyhubs, wind op dak of lokale grids zijn in beeld en worden toegepast waar kan.
  • We realiseren windmolens op basis van de Wageningse Windvisie en de Regionale Energiestrategie (streefdatum 2030). Hierbij houden we rekening met onder andere een zorgvuldige inpassing in het landschap.
  • We realiseren zonneparken op basis van de Visie Buitengebied en de Regionale Energiestrategie (streefdatum 2030). Hierbij houden we onder andere rekening met een zorgvuldige inpassing in het landschap.
  • In 2026 is een regionaal Energieperspectief opgesteld en de Regionale Energie Strategie doorontwikkeld (RES 2.0).
  • Via samenwerkingsverband EnergieWEB wekt de gemeente Wageningen (steeds meer van) haar eigen energievraag op een duurzame manier op. In 2026 ronden we hiervoor een nieuwe aanbesteding af.

2.5.3 De klimaatimpact die gepaard gaat met productie en consumptie van voedsel is verminderd.

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.3 De klimaatimpact die gepaard gaat met productie en consumptie van voedsel is verminderd.

Beoogde resultaten

  • De gemeente geeft het goede voorbeeld als het gaat om inkoop van duurzame lokale producten, het aanbod van plantaardige opties, verminderen voedselverspilling en de verwerking van reststromen.
  • De voedselomgeving van Wageningen is gezonder in 2030 dan in 2021 (voedselagenda):
  • - Reclame voor ongezond voedsel in de openbare ruimte is teruggedrongen
  • - De gemeente heeft noten- en fruitbomen in de wijken aangeplant
  • - De vestiging van fastfoodzaken en -kramen wordt tegengegaan
  • - Op evenementen is er een gezond aanbod
  • - In buurthuizen, speeltuinen en andere plekken waar kinderen en jongeren komen is er gezond voedsel beschikbaar.
  • In 2030 is de lokale verkoop van duurzame en lokale producten van regionale boeren en producenten gestegen.
  • In Wageningen eten inwoners in 2030 minder dierlijk en meer plantaardig voedsel (Voedselagenda). Alle restaurants bieden vegetarische en plantaardige opties aan.
  • In Wageningen verspillen inwoners, bedrijven en organisaties in 2030 minder voedsel. Reststromen worden beter verwerkt.
  • Een groot aantal initiatiefnemers heeft een plek gevonden in Wageningen om stadslandbouw toe te passen op een duurzame manier en op scholen leren kinderen om zelf groente te verbouwen zonder chemische bestrijdingsmiddelen.

2.5.4 In 2026 hebben alle huishoudens die te maken hebben met energiearmoede de mogelijkheid (gehad) om hulp te krijgen bij energiebesparing.

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.4 In 2026 hebben alle huishoudens die te maken hebben met energiearmoede de mogelijkheid (gehad) om hulp te krijgen bij energiebesparing.

Beoogde resultaten

  • Inwoners met energiearmoede krijgen proactief laagdrempelige energiebesparende maatregelen, advies en ondersteuning aangeboden.
  • De gemeente en haar sociaal-maatschappelijke partners hebben kennis van, signaleren en bestrijden energiearmoede als onderdeel van bestaande en nieuwe werkprocessen.
  • Er is extra subsidie en ondersteuning voor het stimuleren van isoleren bij inwoners die kwetsbaar zijn voor energiearmoede.

2.5.5 In 2040 is alles wat de gemeente inkoopt volledig circulair. We maken zoveel mogelijk gebruik van circulaire en biobased bouwmaterialen en zamelt de gemeente slechts huishoudelijke grondstoffen in.

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.5 In 2040 is alles wat de gemeente inkoopt volledig circulair. We maken zoveel mogelijk gebruik van circulaire en biobased bouwmaterialen en zamelt de gemeente slechts huishoudelijke grondstoffen in.

Beoogde resultaten

  • In de bouw (infra en nieuwbouw) wordt in 2030 50% minder primaire grondstoffen gebruikt ten opzichte van 2018.
  • Voor de inkoop van diensten en werken binnen de gemeentelijke organisatie verbruiken we in 2030 50% minder fossiele grondstoffen ten opzichte van 2018.
  • De gemeentelijke organisatie heeft inzicht in haar eigen energieverbruik en meetbare reductiedoelstellingen volgens de methodiek van de CO2-Prestatieladder.

2.5.6 Uitvoering wettelijke taken.

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Doelstellingen - 2.5.6 Uitvoering wettelijke taken.

In het kader van deze ambitie voeren we de volgende wettelijke taken uit: 

  • Transitievisie Warmte.
  • Regionale Energiestrategie. 
  • De gemeente inclusief de gemeentelijke gebouwen moeten volgens het Klimaatakkoord energieneutraal zijn in 2050.
  • De Routekaart Klimaatneutraal zet in op 2040 als streefjaar.
  • De Wet Collectieve Warmte belegt veel nieuwe verantwoordelijkheden met betrekking tot collectieve warmteoplossingen bij gemeenten. Deze wet (ook wel Warmtewet 2 genoemd) gaat naar verwachting 1 januari 2026 in.
  • De Wet Gemeentelijke Instrumenten Warmtetransitie (beoogde inwerkingtreding op 1 januari 2026) belegt nieuwe verantwoordelijkheden met betrekking tot de warmtetransitie bij de gemeente.
  • Er is een handhavingsprogramma met als doel op bedrijven en instellingen toe te zien dat zij voldoen aan de wettelijke verplichtingen met betrekking tot energiebesparing (Wet Milieubeheer, EED, kantoorpanden label C 2023).

Beoogde resultaten

  • De wettelijke taken zijn uitgevoerd.

Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Terug naar navigatie - 2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 - Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
  • Om de doelen te behalen hebben we te maken met veel verschillende partijen en partners die individueel investeringsbeslissingen moeten maken of medewerking moeten verlenen. Dit kunnen particuliere huishoudens zijn of bijvoorbeeld grondeigenaren, buurgemeenten, bedrijven of instellingen.
  • Er is nog veel onzeker over de haalbaarheid van de plaatsing van windturbines. Onder andere natuurwetgeving, maar ook de mogelijke aanwezigheid van de wespendief. Daarnaast speelt netcongestie bij windturbines een grote beperkende rol en is de vraag nu vooral: hoe breng je vraag en aanbod van energie (geografisch) bij elkaar om toch ruimte te vinden.
  • Door de toenemende complexiteit in het speelveld zijn er nauwelijks tot geen initiatiefnemers die met duurzame opwekprojecten willen starten. 
  • De landelijke en provinciale politiek laat zich de voorbije jaren kenmerken door een lagere ambitie ten aanzien van klimaatbeleid. Daardoor hebben we te maken met conflicterend provinciaal beleid. Er is disbalans tussen de taken en de middelen die gemeenten ontvangen voor de energietransitie. Er is geen financiële zekerheid voor de komende jaren.
  • Belangrijke keuzes voor de ruimtelijke inrichting en het energiesysteem blijven uit. Mede vanwege de aankomende landelijke en gemeenteraadsverkiezingen. Dit raakt onder andere de aanpak van netcongestie, de warmtetransitie en de realisatie van duurzame opwek.
  • Het niet of vertraagd realiseren van een warmtenet in de Benedenbuurt kan leiden tot het later bereiken van de ambitie klimaatneutraal waaronder het doel aardgasvrij in 2040. Oorzaken hiervan kunnen zijn het complexe stakeholderveld en juridische uitdagingen rondom de vergunningen.

2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving - Doelstellingen

2.6.1 Milieunormen worden niet overschreden.

Terug naar navigatie - 2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving - Doelstellingen - 2.6.1 Milieunormen worden niet overschreden.

Beoogde resultaten

  • Ook in 2025 wordt met behulp van toezicht en handhaving gecontroleerd of normen op gebied van bodem, lucht, geluid, geur en energie niet worden overschreden.
  • Er wordt meer (eetbaar) groen aangeplant in de bebouwde kom.
  • Er wordt een duurzame reclamecode opgesteld met het doel reclame voor ongezond voedsel te weren en prikkels weg te nemen.

2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving

Terug naar navigatie - 2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving - 2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving

Doel: 2.6.1 Milieunormen worden niet overschreden.

Resultaten:

  • Ook in 2025 wordt met behulp van toezicht en handhaving gecontroleerd of normen op gebied van bodem, lucht, geluid, geur en energie niet worden overschreden.
  • Er wordt meer (eetbaar) groen aangeplant in de bebouwde kom.
  • Er wordt een duurzame reclamecode opgesteld met het doel reclame voor ongezond voedsel te weren en prikkels weg te nemen.

Doel: 2.6.2 Uitvoering wettelijke taken.

Resultaten:

  • Wettelijke taken worden uitgevoerd. Dit betreft:
    • Geluid, bodemkwaliteit, luchtkwaliteit en externe veiligheid.
    • Plaagdierbestrijding.
    • Dierenasiel, en dierenambulance.
    • Riolering.
    • Afvalverwijdering en- verwerking.
    • Zorgplicht oppervlaktewater.
  • De wettelijke taken zijn uitgevoerd.

2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen

2.7.1 Versnelling en realisatie van de woningbouwproductie in Wageningen als antwoord op de huishoudensprognose.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.1 Versnelling en realisatie van de woningbouwproductie in Wageningen als antwoord op de huishoudensprognose.

Beoogde resultaten

  • In de periode tussen 2020 en 2040 worden in Wageningen 3.500 woningen gerealiseerd, met hierbij een specifieke focus op 3.000 woningen tot 2030.
  • De woningbouwbehoefte wordt iedere 2 jaar gemonitord. Op basis hiervan wordt het aantal te realiseren woningen indien nodig bijgesteld.
  • Aan de hand van het afwegingskader flexwonen is een keuze gemaakt voor de uitwerking van de mogelijkheden voor een locatie voor flexwonen.
  • Er is een strategie bepaald voor de zoeklocaties voor woningbouw, waaronder de locatie de Oksel.
  • De gemeente heeft een actievere rol bij aankoop grond ten behoeve van de ontwikkeling van betaalbare woningen.
  • Er komen meer woningen beschikbaar door het mogelijk maken van woningsplitsing en woningdelen.
  • We geven uitvoering aan het besluit over het versnellen en ophogen van de woningbouwopgave.

2.7.2 Meer betaalbare en duurzame woningvoorraad.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.2 Meer betaalbare en duurzame woningvoorraad.

Beoogde resultaten

  • Bij nieuwbouwontwikkeling zetten we in op voldoende betaalbare woningen in de betaalbare koop en sociale huur. We passen hierbij de herijkte woningmarktstrategie toe.
  • De bestaande woningvoorraad wordt verder verduurzaamd, met nadruk op het uitfaseren van energielabel EFG-woningen, om energielasten te verlagen en het wooncomfort te verhogen.
  • Het aanbod aan studentenhuisvesting voldoet aan de vraag naar kamers conform de actuele Landelijke monitor studentenhuisvesting.
  • In het nieuw op te stellen volkshuisvestingsprogramma (Woonvisie) in het kader van de Wet Versterking Regie Volkshuisvesting staat de woonbehoefte en woonopgave van doelgroepen.
  • In het nieuw op te stellen volkshuisvestingsprogramma (Woonvisie) staat hoe we zorgen voor meer balans in de woningvoorraad. De woningmarktstrategie wordt hierop aangepast.
  • De huisvestingsverordening wordt aangepast op basis van de nieuwe Wet regie volkshuisvesting. Deze wet heeft als doel om onder andere meer kansengelijkheid te creëren in de huisvesting van aandachtsgroepen en urgentiecategorieën.
  • De betaalbare sociale huurwoningvoorraad is in 2030 vergroot. Woningstichting Wageningen heeft als ambitie om 800 sociale huurwoningen te realiseren tot 2030, in diverse woningbouwplannen.
  • We werken met Woningstichting Wageningen aan de opgave door kansen te verkennen voor verdichten en optoppen bij hun bestaande voorraad.
  • Nieuw te bouwen woningen zijn (bijna) energieneutraal, met aandacht voor circulariteit en natuur inclusief bouwen. Dit resultaat draagt bij aan programma's 2.4 en 2.5.
  • Wageningen faciliteert en stimuleert Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO's) en collectief wonen.
  • We faciliteren woningsplitsing om meer betaalbare woningen te realiseren.

2.7.3 Voldoende groen en plekken voor ontmoeting in nieuwe en in bestaande wijken.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.3 Voldoende groen en plekken voor ontmoeting in nieuwe en in bestaande wijken.

Beoogde resultaten

  • Bij alle nieuwbouwplannen wordt gestreefd naar 30% kroonbedekking in de wijk. Bestaand groen wordt behouden en versterkt. Vanuit iedere woningen is er zicht op minimaal 3 bomen. Dit resultaat draagt bij aan programma 2.3.

2.7.4 Vraag en aanbod van woningen met en zonder zorg zijn in balans.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.4 Vraag en aanbod van woningen met en zonder zorg zijn in balans.

Beoogde resultaten

  • Het aanbod aan nieuwe en bestaande (geclusterde) nultredenwoningen wordt gerichter toegewezen.
  • We realiseren geclusterde- en zorggeschikte woningen met ‘dementievriendelijk wonen’ als norm. De uitgangspunten hiervoor verwerken we in een nieuw beleid.
  • De sociaal-economische kracht in de wijken wordt versterkt door bewoners met (sociale) problematiek te spreiden.

2.7.5 Voor ouderen en aandachtsgroepen is er voldoende geschikt en betaalbaar woonaanbod in de buurt van voorzieningen.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.5 Voor ouderen en aandachtsgroepen is er voldoende geschikt en betaalbaar woonaanbod in de buurt van voorzieningen.

Beoogde resultaten

  • We hebben onderzocht hoe geclusterde woonvormen en zorggeschikte woningen (meer) gerealiseerd kunnen worden.
  • We ontwikkelen (pre)mantelzorgbeleid om de mogelijkheden voor huisvestingsoplossingen voor mensen die binnenkort zorg nodig hebben of gaan verlenen te vergroten.

2.7.6 Uitvoering wettelijke taken.

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Doelstellingen - 2.7.6 Uitvoering wettelijke taken.

In het kader van deze ambitie voeren we de volgende wettelijke taken uit:  

  • We voldoen aan de taakstelling van de huisvesting van statushouders in Wageningen.
  • We voeren de Wet betaalbare huur en de Wet goed verhuurderschap uit. 

Beoogde resultaten

  • De wettelijke taken worden uitgevoerd.

Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?

Terug naar navigatie - 2.7: Voldoende betaalbare, duurzame en kwalitatieve woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. - Welke risico’s staan deze ambitie in de weg?
  • Voor woningbouw en de inzet op wonen is de gemeente afhankelijk van ontwikkelaars, grondeigenaren, woningcorporaties en zorgpartijen/-organisaties. De gemeente heeft hier veelal een faciliterende rol. Daarnaast speelt de beschikbaarheid van woningbouwlocaties een grote rol.
  • Er zijn diverse landelijke ontwikkelingen van invloed op de woningmarkt, zoals de economische omstandigheden, netcongestie, stikstofproblematiek, lange wachttijden bij de Raad van State, demografische en maatschappelijke ontwikkelingen.
  • De taakstelling statushouders is afhankelijk van de instroom van vluchtelingen. Mondiale ontwikkelingen zijn hierop van grote invloed en moeilijk te voorspellen.
  • Op een aantal onderdelen vormt de beperkte beschikbaarheid van specifieke deskundigheid een risico.

2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - 2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet - Doelstellingen

2.8.2 Gebouwen die niet meer nodig zijn, worden verkocht of benut als potentiële locatie voor woningbouw.

Terug naar navigatie - 2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet - Doelstellingen - 2.8.2 Gebouwen die niet meer nodig zijn, worden verkocht of benut als potentiële locatie voor woningbouw.

Beoogde resultaten

  • Aanwijzen van gemeentelijke gebouwen en locaties die geschikt zijn voor woningbouw op basis van het strategisch plan gemeentelijk vastgoed.
  • Gemeentelijke gebouwen die niet meer nodig zijn met de verwachte verkoopopbrengst zijn in beeld.

2.8.3 Streven naar een gezonde en kostendekkende exploitatie van gemeentelijke gebouwen.

Terug naar navigatie - 2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet - Doelstellingen - 2.8.3 Streven naar een gezonde en kostendekkende exploitatie van gemeentelijke gebouwen.

Beoogde resultaten

  • Op basis van de strategische vastgoednota maken we een keuze over welke vrijkomende gemeentelijke gebouwen we aanhouden en eventueel nog gaan verwerven.
  • Het duurzaam in stand houden van gemeentelijke gebouwen en het klimaatneutraal maken ervan voor 2040.

Algemene informatie programma 2

Beleidskader bereikbaarheid

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Beleidskader bereikbaarheid

Verordeningen:

  • Beleidsregels uitgifte parkeervergunningen Wageningen (2022)
  • Nota Parkeernormen Wageningen (2015)
  • Beleidsregels fietsparkeren bij kamergewijze verhuur (2022)
  • Verordening Parkeerbelastingen (2025)
  • Verordening Mobiliteitsfonds Wageningen (2016)
  • Aanwijzingsbesluit Vergunningparkeren (2025)
  • Aanwijzingsbesluit betaald parkeren (2022)
  • Algemene Plaatselijke Verordening (2024)
  • Verordening veergelden Lexkesveer (2025)
  • Parkeerverordening (2018)
  • Wegsleepverordening Wageningen (2021)
  • Regeling ontheffingen voetgangerszone Centrum (2008, actualisatie 2015)

Beleidsnota’s:

  • Visie openbare laadinfrastructuur 2030 (2022)
  • Netwerkvisie (2016)
  • Fietsnetwerk Wageningen. Update en uitwerking van de netwerkvisie (2023)
  • Parkeernota (2015)
  • Visie Bebouwde Kom Wageningen 2045 (2024)
  • Uitvoeringsprogramma GMP (2013)
  • GMP visiedocument (2012)
  • Handboek inrichting openbare ruimte (wageniningen.hior.nl) (vanaf 2024) 
  • Kansgestuurd beheer (2019)
  • Beheerplan bomen (2023-2027)
  • Beheerplan wegen (2026-2030)
  • Beheernotitie Openbare Verlichting (2026-2030)
  • Beheerplan verkeerslichtinstallaties (2026-2030)
  • Beheerplan kunstwerken (2025-2035)

Beleidskader economische ontwikkeling

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Beleidskader economische ontwikkeling

Verordeningen:

  • Verordening winkeltijden Wageningen (2021)
  • Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting (2024)
  • Marktgeldverordening (2024)
  • Verordening Fysieke Leefomgeving (2022)
  • Marktverordening (2015)
  • Inrichtingsplan Wageningse markten (2017)
  • Verordening Scheepvaartrechten (2024)

Beleidsnota’s:

  • Uitvoeringsprogramma visie economie (2025)
  • Gebiedsprogramma KennisAs (2025)
  • Strategische Agenda 2026-2030 Regio Foodvalley: ‘Onderneemt Natuurlijk!’ (2025)
  • Visie Economie ‘Op weg naar een impacteconomie’ (2024)
  • Visie Bebouwde Kom (2024)
  • RPLG (Regionaal Perspectief Landelijk Gebied) (2024)
  • Beleidskader horeca en detailhandel 2023-2027 (2023)
  • Regionaal programma werklocaties 2022-2026 (2022)
  • Regionale Visie Werklocaties 2020-2030 (2021)
  • Verstedelijkingsstrategie Arnhem Nijmegen Foodvalley (2022)
  • Nota Bovenwijkse Voorzieningen (2021)
  • Beleidsregels terrassen (2021)
  • Visie Binnenstad (2015)
  • Nadere regels met betrekking tot de heffing en invordering van reclamebelasting (2012)
  • Nota grondbeleid (2009)
  • Beleidsplan Recreatie en Toerisme (2008/2009)
  • Kadernota herontwikkeling Rijnhaven (2003)
  • Onderzoeksrapport toekomst haven ‘De voortuin van Wageningen’ (2002)
  • PDV beleid regio Food Valley 2020-2025 (2021)
  • Beleidsnotitie Bed & breakfast (2009)

Overeenkomsten /convenanten:

  • Convenant Ondernemersfonds Wageningen 2024-2025
  • Samenwerkingsovereenkomst Regiodeal Food Valley 2020-2023

Beleidskader ruimtelijke ontwikkeling

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Beleidskader ruimtelijke ontwikkeling

Verordeningen:

  • Verordening begraafrechten (2024)
  • Verordening Fysieke Leefomgeving (2022)
  • Doelgroepenverordening (2023)

Beleidsregels:

  • Beleidsregels woningsplitsing (2024)
  • Beleidsregels Bomenverordening (2010)
  • Beleidsregels "Beleid Monumentale Bomen Wageningen"
  • Beleidsregels camping de Wielerbaan 2017
  • Beleidsregels handhaving basisfunctie Openbare Ruimte (2005)

Beleidsnota’s:

  • Groenbeleidsplan (2017)
  • Bomenbeleidsplan (2024)
  • Biodiversiteitsplan (2024)
  • Nota Grondbeleid (2024)
  • Nota Bovenwijkse voorzieningen (2021)
  • Welstandsnota gemeente Wageningen 2018
  • Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats en gedenkpark “De Leeuwerenk” 2019
  • Beleidsnotitie openbare verlichting (2012)
  • Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving VTH-Beleid gemeente Wageningen
  • Deltaplan Biodiversiteit (2022)
  • Routekaart Wageningen Klimaatneutraal 2030-40 (2022)
  • Visie bebouwde kom (2024)
  • Beleid collectieve wooninitiatieven Wageningen (2024)
  • Herijkte woningmarktstrategie (2024)
  • Visie Buitengebied (2020)
  • Handboek Inrichting Openbare Ruimte (HIOR) (2024)

Uitvoeringsbeleid

  • Ecologisch maaibeheer (2025)
  • Plaagdierenbestrijding (2025)
  • Participatie in het groen (2025)

Beleidskader klimaat

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Beleidskader klimaat

Verordeningen:

  • Algemene subsidieverordening (2012)
  • Afvalstoffenverordening Wageningen (2024)

Beleidsnota’s:

  • Routekaart Wageningen Klimaatneutraal 2030-40 (2022)
  • De Wageningse Windvisie (2021)
  • Beleidsnotitie Duurzaam Bouwen Wageningen 2017-2021
  • Visie Buitengebied (2020)
  • Visie Wageningen 2045 (2024)
  • Regionale Energiestrategie Regio Foodvalley 1.0. (RES RFV 1.0.) 2021
  • Bodemkwaliteitskaart 2018 en nota bodembeheer (2012)
  • Afvalbeleidsplan (2012, wordt momenteel herijkt)
  • Verbreed Gemeentelijk rioleringsplan (2011-2015)
  • Beleidsregels hogere waarde Wet Geluidhinder (2008)
  • Waterplan (2005)
  • Baggerplan (2003-2012)
  • Optimalisering afvalwaterstudie (2002)
  • Voedselagenda (2021)
  • Regionaal Perspectief Landelijk Gebied (2024)
  • Warmtevisie, naar een CO2-vrij verwarmd Wageningen (2021)
  • Bomenbeleidsplan (2024) 
  • Biodiversiteitsplan (2025) 
  • Groenbeleidsplan (2017)
  • Beleid verduurzaming VvE (2024)

Beleidskader wonen

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Beleidskader wonen

Verordeningen:

  • Huisvestingsverordening Wageningen (2023)
  • Doelgroepenverordening Wageningen (2023)

Beleidsnota’s:

  • Beleidsnota woningsplitsing (2024)
  • Herijking woningmarktstrategie (2024)
  • Beleidskader collectieve woonvormen (2024)
  • Visie Bebouwde Kom (2024)
  • Woonzorgvisie (2024)
  • Nota Grondbeleid (2024)
  • Beleidsregels zelfbewoning en antispeculatie (2023) 
  • Prestatieafspraken De Woningstichting 2024-2025
  • Prestatieafspraken Idealis 2023-2026
  • Locatie-onderzoek woningbouw (2022)
  • Beleidsregels kamergewijze verhuur (2021)
  • Woningmarktstrategie (2023)
  • Woonvisie 2025 (2016)
  • Notitie integrale afweging potentiële locaties voor studentenhuisvesting Wageningen (2017)
  • Duurzame Gebiedsontwikkeling vanuit het Klimaatplan 2022-2026 (2021)

Convenanten:

  • Convenant WAC (2021)

Betrokkenheid verbonden partijen Programma 2

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Betrokkenheid verbonden partijen Programma 2

Regio Foodvalley
Regio Foodvalley is een samenwerkingsverband van 8 gemeenten met in totaal 365.000 inwoners.  Het aantal inwoners groeit naar 500.000 in 2040. De gemeente Wageningen neemt deel aan Regio Foodvalley via een gemeenschappelijke regeling om een aantal doelen uit haar programma te bereiken. 

Regio Foodvalley is de opdrachtgever voor de programma's 'Toekomstbestendige economie' (Food & Toekomstbestendige landbouw, Innovatief MKB, Human Capital) en 'Verantwoorde groei' (landschap, natuur & water, Toekomstbestendige landbouw, Wonen, Energie, Mobiliteit, Ruimte voor economie).   

De Bereikbaarheidsagenda voor Regio Foodvalley biedt een richtinggevend kader voor 2030. Hiermee zijn de ambities van de regio vertaald naar een duidelijke koers voor de ontwikkeling en de uitvoering van het regionale mobiliteitsbeleid. Dit is van belang voor de doelstelling om de bereikbaarheid optimaal te houden en om verduurzaming van mobiliteit te bewerkstelligen. 

Op het gebied van economie zijn deze doelen onder meer het ontwikkelen van het juiste aanbod van bedrijventerreinen, het versterken van het kennisecosysteem rondom Food, marketing en acquisitie, gezamenlijke profilering en lobby in Brussel. Gemeenten leveren ambtelijke capaciteit voor uitvoering van regionale opgaven. De regio ontwikkelt beleid en adviseert provincies, het Rijk en de Europese Commissie over wetten en regels. Ook coördineert de regio een uitvoeringsprogramma, dat een groot aantal projecten behelst. Deze projecten worden door samenwerkende gemeenten uitgevoerd.

Ondernemers, onderwijs en overheid werken samen in de Triple Helix Foodvalley. Het doel van de samenwerking is een economische topregio op het gebied van Food te worden. Hiervoor heeft de Triple Helix de Strategische Agenda 2026-2030 Regio Foodvalley: ‘Onderneemt Natuurlijk!’ opgesteld. Een agenda voor de komende jaren waarin ondernemers, onderwijs en overheid samen de koers voor de regio bepalen op thema’s als economie, food, landelijk gebied, wonen en werken, bereikbaarheid en energie. Voor het realiseren van de ambities van de Strategische Agenda wordt er een werkprogramma opgesteld. 

Op het gebied van klimaat, afval en bodem stemmen we af met andere partijen. Waar nodig werken we samen. Op gebied van klimaat wordt in opdracht van het Rijk gewerkt aan een Regionale Energiestrategie.

Op het gebied van wonen zijn deze doelen onder meer het realiseren van voldoende en betaalbare huur- en koopwoningen, voor alle inkomensgroepen in de Regio Foodvalley. Dit wordt uitgewerkt in het toekomstbestendig maken van de bestaande woningvoorraad en het voorzien in de (nieuwe) woningbehoefte van starters, ouderen, studenten, kenniswerkers en doorstromers. Gemeenten leveren ambtelijke capaciteit voor het uitvoeren van regionale opgaven. De regio ontwikkelt beleid en coördineert een uitvoeringsprogramma, dat een groot aantal projecten behelst. Deze projecten worden uitgevoerd door samenwerkende gemeenten.

Omgevingsdienst De Vallei
De Omgevingsdienst De Vallei (OddV) voert in opdracht van de gemeente taken uit op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving op het gebied van milieu en bouwen.

Euregio Rijn-Waal
Regionale grensoverschrijdende samenwerking van haar leden met als doel de grensoverschrijdende samenwerking op ruimtelijk en sociaal terrein te bevorderen, te ondersteunen en te coördineren. O.a. door de uitvoering van projecten en het aanvragen van financiële middelen. Tevens advisering aan leden, burgers, bedrijven, organisaties, overheden en andere instellingen bij grensoverschrijdende activiteiten en problemen.

Afvalcombinatie De Vallei (ACV)
Voor de inzameling van huishoudelijk afval, straat- en rioolreiniging, gladheidsbestrijding en plaagdierbestrijding werkt de gemeente samen met ACV. ACV is een naamloze vennootschap met verschillende dochterondernemingen. De aandelen zijn in het bezit van de gemeenten Ede, Wageningen, Renkum, Renswoude en Veenendaal. ACV Gemeenten voert de opdrachten van de deelnemende gemeenten uit.

Joint Warmte B.V.
Joint Warmte B.V. De gemeente Wageningen is samen met bewonerscoöperatie Warmtenet Oost-Wageningen U.A. (50/50) eigenaar Joint Warmte B.V. Joint Warmte is 100% eigenaar van Warmtebedrijf Oost-Wageningen B.V. Het warmtebedrijf is eigenaar en beheerder van het nog aan te leggen duurzame warmtenet in de Benedenbuurt. 

De onderstaande partijen zijn in formele zin geen verbonden partijen, maar wel relevant voor de realisatie van de doelstellingen uit het programma:

Platform Water Vallei en Eem 
Platform Water Vallei en Eem is een samenwerkingsverband dat zich richt op verschillende aspecten van waterbeheer. Voorbeelden van producten die voortkomen uit de samenwerking zijn gezamenlijk meten en monitoren en de Klimaatatlas. De gemeente Wageningen is geen individueel gesprekspartner richting het DPRA (Delta Programma Ruimtelijk Adaptatie), maar dit is belegd bij het platform.

Platform ruimte voor lopen
De gemeente Wageningen is partner van het Platform ruimte voor lopen. Dit platform is een samenwerking van organisaties en professionals die willen bijdragen aan meer ruimte voor lopen in Nederland. Het maakt het gezamenlijk belang van lopen zichtbaarder.

Samenwerking Gebiedsontwikkeling Grebbedijk
De Samenwerkingsovereenkomst Planuitwerkingsfase Gebiedsontwikkeling Grebbedijk is gesloten. De partners zijn:

  • Waterschap Vallei en Veluwe
  • Provincies Gelderland en Utrecht
  • Gemeenten Wageningen en Rhenen
  • Rijkswaterstaat Oost-Nederland 
  • Staatsbosbeheer
  • Stichting Het Utrechts Landschap.

De overeenkomst heeft als doel om het vastgestelde voorkeursalternatief voor de gebiedsontwikkeling verder uit te werken tot een definitief ontwerp. Het gaat daarbij om een goedgekeurd projectbesluit voor de dijkversterking, de nodige vergunningen en andere besluiten  en een aanbestedingsdossier voor de uitvoering van het project. 

Servicehuis Parkeer- en Verblijfsrechten (SHPV)
De gemeente Wageningen is lid van het SHPV. SHPV is een landelijk opererende coöperatie van gemeenten. Het SHPV beheert het Nationaal Parkeerregister. Dit is een digitaal platform waarmee parkeerrechten en parkeerheffingen worden afgehandeld. 

Stichting Wageningse Eng (statuten), TAWE (reglement)
Voor de uitvoering van projecten die de natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de Eng behouden en versterken, werkt de gemeente samen met de Stichting Wageningse Enge (SWE). De missie en visie van de SWE staan in de statuten van de stichting. Om de diverse belangen van en op de Wageningse Eng verder te verankeren, heeft het gemeentebestuur een Territoriale Adviescommissie Wageningse Eng (TAWE) ingesteld. Deze commissie is door het college van burgemeester en wethouders ingesteld en benoemd via een artikel 84-commissie/verordening. De TAWE adviseert, zowel gevraagd als ongevraagd, het college van burgemeester en wethouders over gemeentelijke beleidsontwikkelingen, vergunningverlening en andere zaken met betrekking tot de Wageningse Eng.

Adviescommissie Wageningse Berg (Bergcommissie)
De Bergcommissie bestaat uit een aantal mensen met specialismen in onder andere ecologie, bodemkunde en erosie. De Bergcommissie adviseert gevraagd en ongevraagd het college over de Wageningse berg. Het belang hierbij is het behoud en bevordering van de unieke waarden van de Berg. Het richt zich met name op instandhoudingsbeheer van de unieke natuurwaarde van het gebied. Maar ook de landschappelijke, recreatieve en cultuurhistorische waarden. 

Adviescommissie Binnenveld en Uiterwaarden (ABU)
De Adviescommissie Binnenveld en Uiterwaarden (ABU) geeft advies aan het college van burgemeester en wethouders, zowel gevraagd als ongevraagd. Het gaat om van activiteiten in de fysieke leefomgeving van het Binnenveld, inclusief het transformatiegebied, en de Uiterwaarden. Dit kan gaan over omgevingsvergunningen, maar ook over (nog te ontwikkelen) beleid. Ongevraagd advies zal ‘goed afgewogen en neutraal’ zijn, gebaseerd op de aanwezige plannen, gemeentelijke ambities en de realisatie daarvan op een specifieke locaties. De commissie bestaat uit 5 onafhankelijke en gemotiveerde inwoners van Wageningen. 

Stadsagenda
De samenwerking tussen Wageningen University and Research (WUR) en de gemeente Wageningen met als doel de kennis en expertise vanuit de WUR lokaal in Wageningen toe te passen.  

Overige partijen

  • Samen met de partners gemeente Ede en de provincie Gelderland, en in samenwerking met Regio Foodvalley en Foodvalley NL, werken we aan de versterking van het vestigingsklimaat in het kennishart Ede-Wageningen.
  • Het programma Binnenstad wordt uitgevoerd met betrokkenheid van ondernemers, bewoners en andere betrokkenen bij de binnenstad. Formele spelers hierbij zijn de Stichting Ondernemersfonds Wageningen (SOW), de WOC-afdeling detailhandel en afdeling Wageningen van de Koninklijke Horeca Nederland.
  • Voor het realiseren van de doelen uit de Visie Economie werken we samen met de Wageningen Economic Board (WEB), een triple helix samenwerking op lokaal niveau met vertegenwoordigers van het Wageningse Bedrijfsleven, kennisinstellingen, onderwijs en gemeente.
  • Klimaatpartners is een netwerk van lokale en regionale partners die de Wageningse klimaatambities onderschrijven. Het netwerk bestaat uit strategische partners die betrokken zijn bij bijhorende strategische gesprekken en besluitvorming. Daarnaast is er een stadsbreed netwerk dat elkaar ontmoet in laagdrempelige netwerkbijeenkomsten met als doel te inspireren en te stimuleren.
  • Het Opheusdens Veer voert de veerdiensten uit tussen Wageningen en Opheusden. Dit is van belang voor de bereikbaarheid van Wageningen. 

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Algemene informatie programma 2 - Wat mag het kosten?

De lasten, baten en het saldo van het programma Wageningen fysiek zijn als volgt:

 

Bedragen x € 1.000 Werkelijk 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Raming 2027 Raming 2028 Raming 2029
Totale lasten 50.197 37.651 35.499 35.007 36.891 40.093
Totale baten 37.843 22.531 20.250 18.995 19.863 22.593
Totaal saldo -12.353 -15.120 -15.249 -16.011 -17.028 -17.500

In onderstaande tabel is de verdeling van de baten en lasten per ambitie opgenomen:

Bedragen x € 1.000 Werkelijk 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Raming 2027 Raming 2028 Raming 2029
LASTEN
2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit 5.850 6.832 6.443 7.702 7.256 8.327
2.2 Een aantrekkelijk sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat 13.184 2.657 2.616 2.042 3.797 5.908
2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving 5.483 5.566 5.070 5.301 5.632 5.853
2.4 Een toekomstgbestendige fysieke leefomgeving 8.859 7.529 7.001 6.455 6.206 5.950
2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 5.357 3.460 2.409 1.660 1.642 1.427
2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving 8.241 8.402 8.539 8.746 8.979 9.270
2.7 Voldoende betaalbare woonruimte, duurzame en kwalitatieve goede woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. 1.262 1.047 864 833 864 816
2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet 1.963 2.159 2.556 2.266 2.515 2.542
Totale lasten 50.197 37.651 35.499 35.007 36.891 40.093
BATEN
2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit 2.488 3.487 2.511 3.445 2.664 3.556
2.2 Een aantrekkelijk sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat 12.647 1.186 1.207 561 2.249 4.316
2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving 1.073 1.395 1.046 1.065 1.122 1.162
2.4 Een toekomstgbestendige fysieke leefomgeving 6.104 3.719 3.332 2.650 2.263 1.894
2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 4.030 2.024 1.174 364 286 15
2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving 9.300 9.492 9.582 9.872 10.146 10.511
2.7 Voldoende betaalbare woonruimte, duurzame en kwalitatieve goede woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. 239 257 21 22 22 23
2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet 1.962 970 1.377 1.017 1.110 1.117
Totale baten 37.843 22.531 20.250 18.995 19.863 22.593
SALDO
2.1 Infrastructuur en duurzame bijdrage mobiliteit -3.362 -3.344 -3.932 -4.258 -4.592 -4.772
2.2 Een aantrekkelijk sociaal, duurzaam en circulair economisch klimaat -537 -1.470 -1.409 -1.482 -1.548 -1.592
2.3 Een groene en biodiverse leefomgeving -4.410 -4.171 -4.025 -4.236 -4.510 -4.692
2.4 Een toekomstgbestendige fysieke leefomgeving -2.755 -3.810 -3.669 -3.805 -3.943 -4.055
2.5 Klimaatneutraal 2030-2040 -1.326 -1.436 -1.236 -1.296 -1.355 -1.412
2.6 Een veilige en gezonde leefomgeving 1.060 1.090 1.043 1.126 1.167 1.241
2.7 Voldoende betaalbare woonruimte, duurzame en kwalitatieve goede woningen voor elke Wageninger, in groene wijken met plek voor ontmoeting. -1.023 -791 -842 -811 -842 -793
2.8 Gemeentelijke gebouwen worden multifunctioneel ingezet -0 -1.188 -1.180 -1.250 -1.405 -1.424
Totaal Saldo -12.353 -15.120 -15.249 -16.011 -17.028 -17.500